Veranderen: methode

Édouard Louis
22,99
Op voorraad
SKU
9789403151618
Besproken in NRC
Bindwijze: Paperback
Levertijd 1-2 werkdagen Verzendkosten € 2,95
  • Gratis verzending vanaf €50,-
  • Veilige en makkelijke betaalopties
  • Aangesloten bij Thuiswinkel Waarborg
  • Makkelijk bestellen ook zonder account
Afbeelding vergroten
Productomschrijving
‘Eén vraag kwam centraal te staan in mijn leven, vormde het middelpunt van al mijn gedachten, nam alle momenten in beslag waarop ik alleen was met mezelf: hóe kon ik revanche nemen, met welke middelen?’

Jarenlang heeft Édouard Louis slechts één alomvattende wens: hij wil ontsnappen aan zijn verstikkende en achtergestelde jeugd in Noord-Frankrijk. Hij droomt ervan om rijk te zijn en op straat herkend te worden, en om dat te bereiken zal hij tot tweemaal toe zijn leven totaal veranderen; hij laat zijn kansarme geboortedorp achter voor een nieuw leven op de middelbare school in Amiens, om daar vervolgens zijn beste vriendin in de steek te laten om toegang te krijgen tot de elite van Parijs.
Maar nu, op het moment dat hij wereldwijd succesvol is, wil hij eigenlijk alleen maar in een hoekje blijven liggen, weg van alles. Een gat graven en erin verdwijnen om nooit meer te hoeven spreken en bewegen.

In Veranderen: methode vertelt Édouard Louis zijn eigen verhaal, zijn odyssee, op nietsontziende wijze. Hij bewijst hiermee eens te meer waarom hij een van de belangrijkste en meest toonaangevende schrijvers van zijn generatie is.
Meer informatie
Auteur(s)Édouard Louis
ISBN9789403151618
BindwijzePaperback
Aantal pagina's240
Publicatie datum20220324
NRC Recensie5 ballen
Breedte137 mm
Hoogte215 mm
Dikte25 mm
NRC boeken recensie

Hij heeft gebroken met het dorp van zijn jeugd, zich aangemeld voor het lyceum en moet een leven op kamers bekostigen, dus hij aast op een baantje bij de schouwburg, als plaatsaanwijzer. Hij ‘trekt zijn zwarte jacquardtrui met blauwe ruitjes en witte lijntjes aan’, en hij zet zijn sollicitatie in gang met de woorden: ‘Ja, er is niets waar ik zo van houd als toneel, ik zou hier ontzettend graag willen werken.’

Bij weinig schrijvers zou dit een opvallende zin zijn, maar komend van Édouard Louis haakt hij zich aan je vast – en niet alleen omdat dit knap samenvat wat er op de voorafgaande twee bladzijden aan woorden en wensen in hem kolkte. (Dat ‘alleen al zijn aanwezigheid voor haar vandaag het resultaat is van een hardnekkige strijd’, dat het baantje ‘zijn enige hoop’ is, dat een ‘weigering misschien het begin betekent van zijn terugval’.) Vooral vraag je je hier af: zou hij (de schrijver, het personage) zelf wel doorhebben hoe betekenisvol die woorden zijn? Niets waar hij zo van houdt als toneel – een leugentje en een diepe, schrijnende waarheid. Deze jongen zag nooit een theater vanbinnen, maar heeft er wel zijn levensovertuiging van gemaakt om toneel te spelen. Niet alleen omdat zijn eerste optreden op ‘het podiumpje […] onder het witte schoolbord’ als een openbaring voelde, maar ook omdat hij vanaf dat moment zichzelf gaat acteren. Hij acteert de versie van zichzelf die hij wil zijn.

Odyssee

Veranderen: methode is de nieuwe roman van Édouard Louis (1992) en ja, die gaat weer over hetzelfde als zijn vorige vier boeken, namelijk zijn eigen ontworsteling aan het arbeidersmilieu van zijn jeugd – en nee, dat hindert niet. Om dezelfde reden dat je gaandeweg begrijpt en accepteert waarom hij zijn reis van rags to riches zonder ironie een ‘odyssee’ noemt: Édouard Louis belichaamt waarover hij schrijft, en kiest precies de goede woorden om dat duidelijk te maken. ‘Odyssee’ kan overdreven lijken, net als ‘vlucht’, ‘ontsnapping’, maar Louis maakt aannemelijk dat het voor hem zo was en niet anders – zonder dat hij lonkt naar medelijden. Tegelijkertijd zegt de thematische herhaling in Louis’ oeuvre iets over de inhoud ervan. Namelijk: zijn zelftransformatie is nooit compleet.

Als Eddy Bellegueule groeide hij op in de arme en masculiene (en daarmee gewelddadige en homofobe) wereld van een Noord-Frans plattelandsdorp, waar alle vaders in de fabriek werkten – en aan het eind van het verhaal is Édouard Louis een van de toonaangevende jonge schrijvers van Frankrijk, briljant als student, en gezien figuur in de internationale elite. Het veranderingsproces is nu het onderwerp, meer dan in vorige boeken, die zich toespitsten op zijn jeugd (Weg met Eddy Bellegueule), zijn vader (Ze hebben mijn vader vermoord) en zijn moeder (Strijd en metamorfose van een vrouw). Meer dan over het wát (dat Eddy Édouard werd) gaat het over het hóé van de verandering. We zijn getuige van de methode.

Literaire roeping

Het begint met de ontmoeting met Elena, die hem de mogelijkheid van een ander leven toont. Zij leest, is in het buitenland geweest, converseert tijdens het eten, in plaats van tv te kijken. ‘Wat er gebeurde, was dat ik op Elena wilde lijken, van meet af aan.’ Er volgt een geschiedenis van ontsnapping, bevrijding, van zelfverwezenlijking, maar die is er tegelijk een van vermomming, verbetenheid, pijn en moeite. Nieuw aangeleerde manieren moeten ingesleten gewoontes wegdrukken, omdat die zijn ware afkomst zouden weggeven: ‘Wat ik was geweest, stond in mijn vlees geschreven.’ Hij voelt zich ‘smerig’.

Maar hij volhardt. Hij leest – niet omdat lezen hem plezier geeft, maar omdat studeren zijn ladder naar ‘succes’ is. Hij ambieert een schrijverscarrière, maar: ‘Voor alle duidelijkheid, voor mij draaide het om verandering en bevrijding, niet om boeken of een literaire roeping.’ Bijna als bijvangst ontdekt hij dat hij de literatuur iets te bieden heeft, en de literatuur hem: achteraf, schrijvend, haalt hij herinneringen op en erkent ook het gevoel dat hij op die momenten had, nu niet meer met schaamte maar met voldoening. Nu hij erover kan schrijven, neemt hij de afstand om zijn herinneringen te beschouwen en de gebeurtenissen te beoordelen – veroordelen soms.

Zo getuigt Louis’ boek van gerijpt schrijverschap: de vorm en de inhoud van Veranderen: methode vallen volmaakt met elkaar samen. Op momenten laat hij de vorm afwijken van de chronologische vertelling die het verder is: een ruzie is roezig verteld, herinneringen zijn in losse brokjes achter elkaar gezet. Als Eddy echt Édouard wordt is de ik-verteller even vervangen door een hij-perspectief – alsof de ‘ik’ zichzelf opnieuw moet gaan zien, hij in zijn nieuwe identiteit groeit – en een hoofdstuk later is hij met die identiteit versmolten, en is de ik-verteller weer terug.

Omdat die stijlfoefjes zo goed werken, komen ze niet protserig over, lijken ze eerder intuïtief tot stand gekomen dan berekend. Perfect beheerst Louis zijn instrument, de taal – wat weer mooi rijmt met het volmaakte acteerwerk dat hem aan zijn nieuwe identiteit hielp, aan zijn nieuwe sociale klasse. Maar het blijft ergens spel: de acteur valt nooit volledig samen met zijn rol. Mooi is daarom dat datgene wat wringt en schrijnt – waar, kortom, de ambiguïteit zit – óók een passende plek in de roman heeft gekregen. Nooit went hij aan de wereld waar puissante rijkdom gewoon is, waar hij een echte ‘prins’ ontmoet, of een man die ‘uitriep: ik moet zeggen dat ik de stranden van Zuidoost-Azië verre prefereer boven die van Californië! Azië is zoveel authentieker’. Pijnlijk is dat de familie van Elena, met wie hij breekt, hem beschuldigt van ‘profiteren’ en ‘manipuleren’: hij hoort er kennelijk nóg niet echt bij.

Pasta met gruyère

Die ambiguïteit werkt ook de andere kant op: Louis deed afstand van zijn oude leven, maar herinnert zich ook moois. Zijn vader: die verzette zich tegen het militante activisme van zijn zoon, ook omdat ‘het hele opklimmen op de sociale ladder waarmee ik bezig was, in het water zou vallen door dat actievoeren’, uit bezorgdheid dus. Zijn moeder: met het glanzende schoolrapport dat Eddy totaal buiten de sociale orde plaatste, ging zij óók het hele dorp door, trots. De sfeer thuis: de kinderlijke opwinding van zijn vader als de pot ‘pasta met gruyère’ schafte. Die momenten ontroeren zeer.

De veroordeling van zijn afkomst is niet compleet, zoals de omarming van zijn nieuwe identiteit ook nooit voltooid zal zijn. Als hij bevriend raakt met de filosoof Didier Eribon, begint de imitatie-transformatie weer opnieuw: ‘Ik deed Didier na, nam zijn stembuigingen over, zijn oogopslag en zijn glimlach.’ Vanaf dan bestelt hij in cafés altijd een espresso en een glas water. ‘Ben ik gedoemd om permanent te hopen op een ander leven?’, is de vraag die Louis uiteindelijk stelt.

Daarmee wordt Veranderen: methode gaandeweg groter dan het verhaal van één persoon. Louis komt zodanig tot de kern dat zijn verhaal universele vragen oproept, over identiteit, afkomst en verandering. Zijn we wat we doen of maken, of blijven we wie we al waren? Ja.

Bestanden bij dit product
Inkijkexemplaar.pdf (104.85 kB)
Back to top