Als de liefde
Boomer Henk is veel te vrijpostig voor een man anno 2022
Theodor Holman In Als de liefde wordt met de nodige haast veel verteld over het liefdesleven van een man met twee vrouwen. De novelle is gebouwd op Reviaanse pijlers: Kunst, Liefde, De Dood.
Op een ongenuanceerd moment kun je wel eens denken dat de gemiddelde roman er zo een bal aan waardering bij zou kunnen krijgen als het een pagina of honderd of honderdvijftig dunner was geweest. Goed, er was dan wel wat te vertellen, maar waarom toch per se in dat ruime jasje van minimaal 224 pagina’s? Te vaak luidt de opdracht die romanciers zich gesteld hebben: je tijd nemen. En de lezer maar geduldig zijn.
Voor Theodor Holmans novelle Als de liefde geldt nu eens het omgekeerde, want er wordt in amper 130 pagina’s wel erg veel doorheen gejaagd. Begrafenisondernemer Henk stopt met werken, zijn dochter wordt zwanger en komt met haar vriend bij hem inwonen, Henk zoekt een vrouw om mee te reizen, vindt die ook in de persoon van Carine, komt daarnaast ook weer in contact met de artistieke ex-vriendin Esther, praat met haar over haar naderende dood, wordt verliefd op Carine (maar ook een beetje op Esther), zit nu opeens met twee geliefden in z’n maag, verliest Carine, wil misschien wel trouwen met Esther. Dat zijn, om een recente redevoering van Poetin aan te citeren, behoorlijk tektonische veranderingen voor een mens, die door Holman dus met de nodige haast behandeld worden. Zo maakt Holman de chemie tussen Henk en Carine eerst wel degelijk voel- en voorstelbaar, maar is Henks reactie na haar abrupte vertrek weer aan de onverklaarbaar lompe kant, alsof dat hele tedere voorspel in wezen niks voorstelde: ‘Maar bij de eerste liefde [Esther dus, red.] had ik gelukkig nog kansen…’
Een groot dramatisch talent is Holman als schrijver dus niet altijd, maar op andere terreinen van de vertelkunst imponeert hij juist. Zo is het gekibbel van Henk en Esther over de waardering van moderne kunst uitermate amusant en interessant, met de uit de kunst weggevluchte Henk die eigenlijk een natuurtalent was en de opportunistische Esther die tot een wereldster uitgroeide. Op die momenten lijkt Als de liefde de lezers aan te willen sporen tot zoiets als een collectief schuldgevoel: hechten we in de moderne kunst niet te veel aan blaaskakerij? En duwen we de wat schuwere types daarmee niet richting de periferie (van in Henks geval het crematorium)? Ook heeft Holman een mooie vorm gevonden om het onvermijdelijke krimpende leven van een ouder mens weer te geven: pensionado Henk denkt het er aanvankelijk eens lekker van te nemen met zijn Volkswagenbus, terwijl het ding uiteindelijk de garage nooit zal verlaten. Wél vrijt hij er in met Carine. Count your blessings.
De novelle is gebouwd op Reviaanse pijlers – iets dat niet zal verbazen met zo’n zelfverklaard adept als Holman. Kunst, Liefde, De Dood: Reve schreef en dichtte er volop over (bijvoorbeeld in het klassieke vers ‘Scheppend kunstenaar’); binnen de kaft van Als de liefde vormen ze meer dan eens een driespan. En ook de gezwindheid waarmee men van koetjes en kalfjes overstapt op de lichamelijke erotiek is met een beetje goede wil aan de volksschrijver te verbinden. ‘Wat wil je drinken’, wil Carine op één van de eerste afspraakjes van Henk weten. Henk: ‘Jou. Heel veel liters jou.’ […] Carine: ‘En iets eten?’ Henk: ‘Ook jou. Grote hompen.’ Zó vrijpostig zullen de meeste mannen zich anno 2022 niet meer durven uiten, maar boomer Henk komt ermee weg: Carine wil wel gedronken en gegeten worden. Op naar het busje.
30-09-2022 Sebastiaan Kort
ISBN | 9789077780084 |
---|---|
Aantal pagina's | 128 |
Datum van verschijning | 20220610 |
NRC Recensie | 3 |
Breedte | 126 mm |
Hoogte | 200 mm |
Dikte | 10 mm |