Na de gewelddadige dood van zijn grote liefde Cathy, besluit de jonge schrijver en broodbakker Lennard Zomers in haar verleden te duiken. Hij hield van haar, maar ontdekt dat hij haar nauwelijks heeft gekend.
Om te achterhalen wie ze werkelijk was, roept hij de hulp in van zijn vriend Arthur Visser, een ambitieuze hersenwetenschapper. Arthur houdt in eerste instantie de boot af. Hij is met heel andere dingen bezig: met niets minder dan de geheimen van leven en dood. Als hij zich na verloop van tijd toch bereid verklaart om Lennard te helpen, komt die er al snel achter dat hij daarvoor een hoge prijs moet betalen.
Een intelligente en spannende roman over de grote vragen van het leven: over liefde, de (on)mogelijkheid om anderen en jezelf te kennen, God en ons brein.