Diep onder de grond leven negenendertig vrouwen gevangen in een kooi. De vrouwen worden in de gaten gehouden door ongenaakbare bewakers en kunnen zich niet herinneren hoe ze daar terecht zijn gekomen, ze hebben geen besef van tijd en herinneren zich slechts vaag hoe hun leven ooit is geweest.
Terwijl het continu brandende licht de dag in de nacht doet overgaan en er ontelbare jaren verstrijken, zit een jong meisje – de veertigste gevangene – alleen en verstoten in de hoek. Al snel zal blijken dat zij de sleutel is tot de ontsnapping van de anderen en hun kans op overleving in de vreemde wereld die boven de grond op hen wacht.
Ik die nooit een man heb gekend is een beklemmende, hartverscheurende post-apocalyptische roman over vrouwelijke vriendschap en intimiteit, en over de moeite die mensen doen om hun menselijkheid te behouden in het aangezicht van verwoesting.