Met mensen werken
Tijdens corona werd Johan Goossens de cabaretier die daklozen hielp
Kleinkunst In zijn nieuwe verhalenbundel laat Johan Goossens zien dat hij liever niet thuis zit te sippen maar ook naar buiten kan gaan om zijn belevenissen op te schrijven.
Wanneer een cabaretier maandenlang niet op een podium kan staan, kan hij thuis gaan zitten sippen, maar hij kan ook naar buiten gaan en zijn belevenissen opschrijven. Johan Goossens (1982) heeft dat gedaan in Met mensen werken.
Eerder schreef hij twee mooie bundels met columns over zijn tijd als leraar Nederlands in het Amsterdamse beroepsonderwijs. In de nieuwe verhalenbundel beschrijft hij vooral zijn andere banen, in het bijzonder die van beginnende cabaretier. Op het laatste verhaal na gaan die niet over de edele kunst van het grappen maken, maar juist over de prozaïsche, zakelijke kant: zijn moeizame omgang met een chaotische, charmante impresario, of met een conservatieve maar trouwe technicus die hij wil ontslaan. In alle beschreven arbeidsconflicten zet Goossens zichzelf neer als slap, te aardig, en niet geschikt om met andere mensen te werken.
De bundel begint dan ook met een verhaal waarin hij als beginnende cabaretier die alles zelf moet doen, een fictieve impresario in het leven roept, Rob Vinken, ‘een hetero van middelbare leeftijd’ die alles kan wat Goossens niet kan: meer geld vragen, eisen stellen, en nee zeggen. Wanneer Goossens in zijn rol van Vinken stapt, dan rollen de zakelijke, besliste zinnen er als vanzelf uit. Nadeel is alleen dat de fictieve Rob Vinken alleen kan communiceren via e-mail. Dus ook van deze bijna ideale werknemer moet Goossens helaas afscheid nemen. Zonder slecht-nieuwsgesprek, dat scheelt.
Zijn vaste onderwerp, zijn baan op een ROC in Amsterdam, keert in één verhaal terug. Dit keer geen ontroerende, geestige verhalen over de weerspannige leerlingen, maar een meer journalistiek verhaal over de ondergang van de grote scholengroep Amarantis door wanbeleid van het zichzelf verrijkende bestuur. Dit speelt zich tien jaar geleden af, maar is nog steeds schokkend om te lezen.
Hoogtepunt van de bundel is een reportage van Goossens over een daklozenopvang tijdens de eerste coronagolf in 2020, waar hij als vrijwilliger eten en kleding rondbrengt. Omdat daklozen werden gezien als verspreiders van het virus, richtte de overheid grote opvangcentra in. Goossens ontdekt dat diverse daklozen iedere dag naar hun werk gaan; dat de pandemie vele Polen en Bulgaren op straat doet belanden; en dat de dankbaarheid van de ‘bezoekers’ snel omslaat in eindeloos kankeren over de voorzieningen.
De sporthal oogt op het eerste gezicht als een hels oord; de ‘kamers’ van de daklozen zijn slechts van elkaar gescheiden door strepen op de vloer. Maar gaandeweg blijkt het aanbieden van vaste slaapplaats en eten wel degelijk te werken. Het verlicht het lijden, en diverse daklozen kunnen dankzij de rust die de opvang biedt een eigen huis en werk vinden. Dit verhindert niet dat de opvang toch gesloten wordt, als de eerste golf voorbij is en blijkt dat de daklozen helemaal niet zo vatbaar zijn. Dakloosheid lijkt typisch zo’n probleem dat we liever als onvermijdelijk en onoplosbaar beschouwen, maar dan blijkt een simpele ingreep – permanente opvang bieden – gewoon te helpen.
Cabaretiers schrijven wel vaker lichte boeken met persoonlijke columns of verhalen, maar Goossens is een cabaretier die zich graag onder de mensen begeeft, wat zijn verhalen een meerwaarde geeft. Hij amuseert niet alleen, hij brengt je ook naar plaatsen waar je anders nooit komt. De reportage-achtige verhalen over het ROC en de daklozen laten je bovendien pregnant zien hoe Nederland met zijn minder gelukkige burgers omgaat.
28-01-2022 Wilfred Takken
Zo mocht hij als jonkheer in het Land van Ooit een zomer lang poffertjes ontdooien, gaf hij in een dorpje in Ghana rekenles aan kinderen die vooral honger hadden, en werd hij bij een reorganisatie op zijn mbo tussen neus en lippen door ontslagen tijdens een teamvergadering.
Met een scherp oog voor de humor en de dynamiek tussen mensen schetst hij een kleurrijk beeld van zijn loopbaan en het menselijk tekort.
ISBN | 9789400408333 |
---|---|
Aantal pagina's | 208 |
Datum van verschijning | 20220117 |
NRC Recensie | 3 |
Breedte | 137 mm |
Hoogte | 215 mm |
Dikte | 16 mm |