Ravenna
Waarom liggen juist in Ravenna zulke spectaculaire mozaïeken?
Geschiedenis Judith Herrin werd geïntrigeerd door de prachtige mozaïeken van Ravenna, en schreef een fascinerende biografie van de stad. Het blijkt een plek die het Christendom blijvend veranderd heeft.
‘Als centrum van de vroeg Christelijke kunst is Ravenna uniek.’ Zowat elke reis- of cultuurgids voor Italië begint met deze of een vergelijkbare zin, waarna er een beschrijving volgt van de schitterende mozaïeken die de wanden van de kerken en mausolea in die stad versieren. De archeoloog en historicus Judith Herrin kwam er achter dat al die reisgidsen en kunsthistorische werken echter geen antwoord gaven op haar vraag: Waarom zijn al die mozaïeken juist daar en wat vertellen zij ons? Dus ging zij zelf op zoek naar antwoord.
Na tien jaar onderzoek ligt het resultaat in de boekhandel, Ravenna. Hoofdstad van het West-Romeinse Rijk, smeltkroes van Europa.
Toen in het jaar 402 Gotische troepen Italië binnenvielen besloot Honorius, keizer van het West-Romeinse Rijk, om Milaan, de stad die sinds 286 de hoofdstad was, te verlaten en zijn zetel te verplaatsen naar Ravenna. De keuze voor Ravenna was ingegeven door de strategische ligging van die stad. Omgeven door moerassen en rivieren was deze stad in de delta van de rivier de Po veel gemakkelijker te verdedigen dan Milaan of Rome met hun kilometerslange muren. Ravenna bood nog een ander groot voordeel. Het was door middel van een kanaal verbonden met de Adriatische Zee en daarmee met de andere belangrijke Romeinse metropool Constantinopel.
Honorius keuze bleek de juiste; Milaan werd verwoest en ook Rome werd door de Goten ingenomen en geplunderd. Ravenna kon echter met steun van de keizer in het Oosten uitgroeien tot de belangrijkste plaats op het Italische schiereiland. En zij zou in de eeuwen daarna zelfs een grote rol gaan spelen in de grotere internationale ontwikkelingen. Eerst als hoofdstad van het West-Romeinse Rijk, later als hoofdstad van het Gotische rijk van Theoderic en tenslotte als Byzantijnse voorpost in het westen.
De drie eeuwen (in 402 wordt Ravenna de hoofdstad van het West-Romeinse Rijk, in 751 nemen de Longobarden de stad in) waarin Ravenna zo’n belangrijke rol speelt, worden door de meeste historici omschreven als het tijdperk van de late oudheid. De geschiedenis van Ravenna vormt voor Herrin de aanleiding om het gebruik van die term ter discussie te stellen. ‘Late oudheid’ wekt volgens haar namelijk de sterke suggestie dat dit tijdvak vergeleken moet worden met de gloriedagen van het oude Rome en Griekenland, in plaats van het te zien als een tijdperk van grote veranderingen. Vooral het nog zo prille Christendom ondergaat in deze periode namelijk een aantal fundamentele veranderingen. Veranderingen die de geschiedenis blijvend zullen beïnvloeden. ‘Het waren dus niet de eeuwen waarin de Romeinse beschaving zich aan het einde van haar Latijn bevond’, schrijft Herrin. ‘Het was het tijdperk waarin een nieuwe ‘Christelijke’ wereld vorm krijgt.’
Het Christendom was sinds 380 al één van de bepalende factoren bij de uitoefening van gezag, maar pas na 402 kreeg het echt momentum. Het geloof in een hiernamaals en de wil om te bepalen hoe men daar het beste kon komen werden, ondanks de vaak grote culturele verschillen, in de hele mediterrane wereld de bepalend in maatschappelijke ontwikkelingen. ‘De buitengewone bloei van Ravenna waarvan de mozaïeken belangrijke getuigen zijn, zijn alleen binnen dat kader te begrijpen’, schrijft Herrin.
Byzantijns model
Om de ontwikkelingen in Ravenna goed te kunnen begrijpen is het volgens Herrin ook belangrijk om de rol van Constantinopel op de juiste waarde te schatten. ‘Veel historici hebben zich daarop verkeken. Het ‘nieuwe’ Christendom ontwikkelde zich namelijk binnen een staatsvorm die geënt was op het Byzantijnse model. Een staatsvorm die, net als in Constantinopel zelf, bepaald werd door de drie-eenheid Romeins recht en Romeinse krijgskunst; Grieks onderwijs en Griekse cultuur; en een christelijk geloof en moraal.’
Misschien wel het beste voorbeeld daarvan vormt volgens haar de persoon van Theoderic. Deze zoon van een Gotische vorst bekeerde zich tijdens zijn jeugd in Constantinopel, waar hij als gijzelaar verbleef, tot het Christendom. Nadat hij bij zijn volk was teruggekeerd kreeg hij van keizer Zeno toestemming om zich in Italië te vestigen. In zijn nieuwe rijk, waarvan Ravenna de hoofdstad werd, handhaafde hij de meeste Romeinse wetten. ‘In hem komt dus alles samen. Een Gotische vorst die het Christendom aanhangt, die Grieks spreekt en Latijnse wetten handhaaft.’
Herrin laat zien hoe uiteindelijk dit op een Byzantijns model gebaseerde nieuwe Christendom dat in Ravenna ontstond de basis ging vormen van het ‘westerse’ Christendom. Een proces dat begon bij Karel de Grote. Deze eerste Europese keizer liet zich weliswaar door de paus in Rome kronen maar vond zijn inspiratie in Ravenna. Niet een van de keizers uit het antieke Rome maar de Gothische vorst Theoderic en de Byzantijns keizer Justinianus vormden zijn grote voorbeelden. Vooral de mozaïeken van de San Vitale maakten grote indruk op Karel. Hij zag daarin de ultieme macht van God uitgedrukt en Justinianus, die zo prominent figureert, als diens ware vertegenwoordiger op aarde.
Justinianus vormde in spiritueel opzicht Karels voorbeeld. Maar Ravenna was ook in materiele zin een belangrijke inspiratiebron. Voor zijn eigen (nieuwe) hoofdstad Aken haalde Karel veel bouwmaterialen en ornamenten uit Ravenna. Met als hoogtepunt het grote ruiterstandbeeld van Theoderic. En het belangrijkste gebouw – de Pfalzkapel – kreeg de zelfde achthoekige vorm als de San Vitale.
Dankzij haar enorme historische en theologische kennis en oog voor details is Judith Herrin er in geslaagd om een intrigerende biografie van Ravenna te schrijven. Een stad die het Christendom veranderde, met de beroemde mozaïeken als blijvende getuigen.
02-12-2022 Joost Vermeulen
Judith Herrin beschrijft in ‘Ravenna’ de geschiedenis van een smeltkroes. In 402 koos keizer Honorius Ravenna tot hoofdstad van het West-Romeinse Rijk. Dat trok wetenschappers, ambachtslieden en religieuze leiders naar de stad, die uitgroeide tot het culturele en politieke centrum van Noord-Italië. Hoogleraar Judith Herrin volgt de levens van Ravenna’s heersers, kroniekschrijvers en inwoners en laat zien hoe de stad de ontmoetingsplaats werd van Griekse, Latijnse, christelijke en barbaarse culturen en de spil vormde tussen oost en west. Prachtig geïllustreerd met 32 pagina’s speciaal gemaakte foto’s van de beroemde mozaïeken. In ‘Ravenna’, dat bekroond werd met de Duff Cooper Prize voor het beste non-fictieboek, brengt Judith Herrin de vroege middeleeuwen tot leven door de geschiedenis van één stad.
ISBN | 9789401918701 |
---|---|
Aantal pagina's | 672 |
Datum van verschijning | 20220927 |
NRC Recensie | 4 |
Breedte | 163 mm |
Hoogte | 236 mm |
Dikte | 53 mm |
Je bent al ingeschreven met dit
e-mailadres