Zoals zij het ziet
Op tweederde van Zoals zij het ziet (1949) beschrijft Alba de Céspedes opgetogen het geluksgevoel van Alessandra. Haar hebben we ontmoet als meisje in een huurkazerne, in de jaren dertig in fascistisch Italië. We groeiden met haar mee de volwassenheid in, we keken neer op haar benepen vader, waren met haar bezeten van haar moeder, die kiest voor de kunst en de liefde. We verbaasden ons met haar over het morele failliet van haar vriendinnen en lieten ons in de Abruzzen mentaal opkalefateren door haar fiere, martiale oma, een boeren-mater-familias. En toen werden we verliefd op Francesco, samen met haar (en ik intussen ook op haar) en duikelden aan haar zijde het huwelijk in.
Francesco verdween en nu is hij terug, De Céspedes laat Alessandra’s verwachtingen opgloeien met tomeloze literaire flair. Ze glimlacht ‘in mijn sas met mijzelf’, is ‘in mijn nopjes met de klank’ van haar eigen stem en besteedt haar laatste lires aan de bos perzikbloesem die een andere klant te duur vindt. Hé, daar staat hij, Francesco, in het jasje van hun eerste ontmoeting, naast een palmboom die haar herinnert aan een compliment waarmee hij haar ooit vleide. Ze geniet van de sensatie dat zij hem wel ziet en hij haar nog niet.
Wreed laaft De Céspedes zich aan haar overgave aan haar onbesuisde verwachtingen, terwijl ze haar lezers vast laat treuren om haar onvermijdelijke ontgoocheling. Die denkt: wat had ze dan gedacht, als Francesco geen tijd vrijmaakt voor een romantische wandeling naar huis. Hij heeft haast om zich bij zijn politieke maten te voegen. ‘In de tram drukte hij zich tegen het raampje terwijl hij de bloemen vasthield, die tamelijk in de weg zaten.’
Au.
Alessandra probeert hem te paaien met seks. Na gedane zaken voelt die ‘als een aanranding’. Waarna ze zich schaamt omdat ze ‘daar ook nog kortstondig van had genoten’.
Dubbel au.
Over de verzetsdaden waarmee ze haar leven op het spel zette en waarmee ze zijn aandacht hoopte te trekken, heeft niemand het. Ze is weer de vrouw van Francesco, en verder niets.
Driedubbel au.
Vergrootglas
Met haar observatievermogen als vergrootglas ontvouwt De Céspedes het vrouwenleven in het verstikkend patriarchale, totalitair gedomineerde Italië als ‘één grote kluwen van verdriet en afwachting’. Min of meer praktisch stelt ze vast hoe de vrouwen in de woonkazernes leven. In roerende vignetjes laat ze de kongsi’s van vrouwen opbloeien naast de eenzaamheid van verplicht dominante mannen. Zijn hun mannen naar hun werk dan gaan de vrouwen de strijd aan met ‘de luie hinderlaag van de sleur’. Komen de echtgenoten weer thuis dan nemen die nors hun positie in als hoofd van het gezin, zonder idee van wat daar speelt.
Alessandra staat aan de vooravond van haar trouwdag en weet zeker dat het met Francesco anders zal zijn, met hun eerste huwelijksnacht als bezegeling van hun intellectueel-romantische pact. Het draait uit op drie pagina’s teleurstelling, culminerend in: ‘Ik wist niet dat die benauwende nacht voortaan altijd in mijn binnenste zou blijven zitten [als een schadelijke bacterie]’.
De liefde is geplet, Francesco slaat om van aandachtige verloofde naar precies zo’n man als alle andere echtgenoten. Maar Alessandra wil in haar huwelijk geloven en dat gaat des te beter als Francesco in het antifascistische verzet verdwijnt. Nu kan zij hem idealiseren, wat haar ook overkomt. En dat is veel, van een verhoor door de SD tot en met een verzetskameraad die ze opoffert als haar gevoelens voor hem haar geloof in haar huwelijk als hoogste waarheid bedreigen.
Rome krioelt intussen van de nazi’s, terreur is de norm, de landing van de Amerikanen op Sicilië wordt toegeschreven aan ‘de vijand’. De Céspedes roept die periode vaardig op, waarbij het opvalt dat de naam Mussolini niet een keer valt, de Duitsers ‘soldaten met geweer in de aanslag’ heten en onbenoemde GI’s ‘vrolijke soldaten in hemdsmouwen’. In een parelende passage die doet vermoeden dat ze haar eigen herinneringen aansprak, markeert De Céspedes de bevrijding met vrolijke herrie in de ‘vernederde, toegetakelde straten’. Die vaagheid versterkt de indruk dat in deze roman vrouwen geen greep hebben op het leven. Zelfs als Alessandra een bom in haar boodschappentas vervoert, is haar het politieke waarom van haar heldendaad niet gegund.
Verbod op verbeelding
Zoals zij het ziet (1949) is geschreven vóór Het verboden schrift (1952), de verbluffende roman waarmee Alba de Céspedes (1911-1997) recent voor Nederland uit de vergetelheid is gevist. Daarin fileerde ze het verbod op verbeelding voor de vrouw in het naoorlogse Italië. In Zoals zij het ziet deed ze iets vergelijkbaars, maar compleet anders.
Vertaalster Manon Smits leverde met Zoals zij het ziet een nog groter waagstuk dan met Het verboden schrift. Het is gecompliceerder, kaleidoscopischer. Het vertelt via Alessandra over het meisjes- en vrouwenleven in honderden pagina’s vol magisch-realistische vergelijkingen, zoals de metamorfose van een rijtje jurken tot ‘een kast vol dode vrouwen’. De roman wisselt bliksemend van humeur. Treurend, extatisch en soms snoeihard is hij een venijnige draaikolk waarin Alessandra rondtolt. Zij maakt zichzelf wijs dat ze deint op een haar gunstig gestemde zee, tot het zelfbedrog haar in de steek laat.
In het Nederlands is de titel van dit boek Zoals zij het ziet, wat opgevat moet worden als: ‘haar kant van de zaak’. Want het is een weerwoord van Alessandra, die in wederhoor duidelijk wil maken hoe ze de persoon werd die deed wat zij heeft gedaan. Wat dat is, moet ik in het midden laten, het is iets verschrikkelijks.
Het begint bij het drievrouwschap van een moeder, een dienstmeid en de kleine Alessandra. Zij houden elkaar in evenwicht tot de navrante avond waarop de moeder voor één keer zelfstandig schittert. Dat verdraagt de vader niet en Alessandra’s jonge leven kantelt. Het hoeft niet verkeerd te lopen, eigenlijk weert Alessandra zich heel goed. Ze is moedig, scherpzinnig, veerkrachtig. Ze weet wanneer ze zich gedeisd moet houden, de tweede natuur voor elke vrouw. Nu laat ze dat los, voor haar kant van de zaak.
Pleit ze zich vrij? Dat doet er niet toe. Waar het om gaat is dat de lezer naduizelt van dit virtuoze boek.
Ik ook. En ik wacht ongeduldig op een derde vertaalde roman van Alba de Céspedes.
ISBN | 9789493169821 |
---|---|
Aantal pagina's | 688 |
Datum van verschijning | 20241015 |
NRC Recensie | 5 |
Breedte | 125 mm |
Hoogte | 206 mm |
Dikte | 51 mm |