Bonsaibaby

A.N. Ryst
21,99
Op voorraad
SKU
9789021476636
Besproken in NRC
Bindwijze: Paperback
Levertijd 1-2 werkdagen Verzendkosten € 2,95
  • Gratis verzending vanaf €50,-
  • Veilige en makkelijke betaalopties
  • Aangesloten bij Thuiswinkel Waarborg
  • Makkelijk bestellen ook zonder account
Afbeelding vergroten
Productomschrijving
Weet je wat me is opgevallen? Mensen snappen er niets van. Niets van het raadsel van onze wisselwerking. Onze chemie. Die is persoonlijk. Zo ontzettend, strikt persoonlijk dat het niet te bevatten is. Niet eens door ons. Dat is het ware wonder van de schepping.

Word je nu religieus?

Ik word rancuneus. Maar jij bent teruggekeerd uit de onderwereld! Ik moet er nog steeds aan wennen. Ik hoop dat ik er nooit aan zal wennen. Kunnen we dat nu afspreken? Dat het nooit gewoon zal worden?


Na een scheiding van enkele maanden keert Violetta terug naar haar woning in de stad. Lennard heeft op haar gewacht; eindelijk gaan ze praten over eigenheid, over verwachtingen, over hun voorgeschiedenis en over ijskasten – over alle obstakels, kortom, die er tussen hen waren opgerezen.

Nog één keer krijgen ze de kans om bij elkaar te zijn...

Bonsaibaby is een indringende, diepreikende liefdesgeschiedenis over gloed en over deemstering, spelend in een wereld tussen droom en realiteit.
Meer informatie
Auteur(s)A.N. Ryst
ISBN9789021476636
Aantal pagina's208
Datum van verschijning20230324
NRC Recensie2 ballen
Breedte126 mm
Hoogte200 mm
Dikte17 mm
NRC boeken recensie

Je kunt literatuur als de diepst reikende kunstvorm ervaren, maar het is ook de meest kale. Dat kan het wat lastig te duiden maken. Nu kun je aan de genrebepaling (Is het een komedie, horror, bekentenisliteratuur? Is het komische horror waarin iemand iets bekent?) al een hele kluif hebben, maar het is nóg lastiger om te bepalen of de schrijver het allemaal heeft geméénd. Daarbij kan de exegeet vele malen ernstiger zijn dan de schepper van de tekst. Houellebecq is op basis van zijn romans al voor van alles en nog wat uitgemaakt, terwijl de mogelijkheid (nog altijd) bestaat dat de Franse schrijver alleen maar elke keer een grote ploert heeft willen opvoeren.

In een ideale wereld is het niet doorslaggevend hoe de schrijver het allemaal bedoeld heeft. Want wat zou die voor ons lezers moeten zijn: iemand die ons voor gaat zitten kauwen hoe we ergens over moeten denken? De tekst behoort de lezer toe en geen lezer zal een tekst op exact dezelfde wijze duiden. Tegelijkertijd kan dat ironische spel van de schrijver zo fijntjes in elkaar steken dat je zijn werk simpelweg tekort doet met een bepaalde lezing. Ik weet niet of ik meteen door zou hebben gehad dat Becks Midnite vultures uit 1999 een ironisch album was als ik me had beperkt tot het tekstboekje. Pas toen ik hoorde hoe Beck zong en hoe zijn videoclips eruitzagen ging de ironiewekker af. Zo schijnen er ook mensen te zijn die niet door hebben dat Aphex Twin in de videoclip van het baanbrekende ‘Windowlicker’ de dráák steekt met de hiphopcultuur. Dat kunstwerk sla je hoger aan als je de ironie vat. Drillende dikke billen genoeg, maar dikke, drillende billen met een ringbaardje erboven, dat is een stuk zeldzamer.

Nu naar Daan Remmerts de Vries, de gelauwerde (kinderboeken)schrijver die sinds 2014 ook romans en verhalenbundels uitbracht als A.N. Ryst. Zijn eerste, de turf De harpij, werd als een meesterwerk onthaald. De bespreker van deze krant bijvoorbeeld bleef na een dikke 700 bladzijden ‘beduusd’ achter: wat een tentoonspreiding van vertelkracht. Niet alleen maakt een schrijver met zo’n prestatie naam, hij zet ook de lezer van zijn toekomstige werken op scherp: wie eenmaal de Tour de France won, die blijf je in de gaten houden, hoe ver hij ook is afgezakt in het peloton.

Met de titel Bonsaibaby lijkt Ryst aan te schurken tegen de Japanse literatuur of cultuur – zeker met dat aan een boomstam vastgebonden naargeestige poppetje op het omslag. Ja, hier zal een drietrapsraket ten hemel stijgen, denk je dan, met die hoogstwaarschijnlijk mierzoete ‘indringende, diepreikende liefdesgeschiedenis’ (aldus de achterflap) als verschijningsvorm en daaronder, daarna of daarboven dan het eigenlijke, het ware en kernachtige van deze baby. Slechts waarneembaar voor de lezer met de gepaste reserves.

Een gruwelwoord als ‘letterlijk’

Ik ben er nooit helemáál uitgekomen. Dat wil zeggen, ik raakte er maar heel soms van overtuigd dat deze liefdesgeschiedenis tussen kunstschilder Lennard en creatief therapeute Violetta slechts de verschijningsvorm was en dat ik het wel en wee van deze twee betreurenswaardige brokkenpiloten met een korreltje zout mocht nemen. Op die ogenblikken dacht ik bijvoorbeeld hoe slim het wel niet van Ryst was dat hij een ex van Violetta zijn beklag liet doen over dat ‘kille, zakelijke land’ dat Nederland was, terwijl je even daarvoor kon lezen hoe deze Hein in een kamer leefde die ‘functioneel en kaal’ was. Haha, zó Nederlands dit, juffrouw Mier die denkt dat ze David Livingstone is! Lekker bezig, Ryst! Of dat herhaaldelijke gebruik van een gruwelwoord als ‘letterlijk’, of die Celineaanse drie puntjes aan het eind van zinnen. Nee, dit was heel geen ware liefdesgeschiedenis, het was een pastiche erop! Een knap staaltje ironische warmbloedigheid.

Maar die momenten waren er niet zo veel. Veel vaker dacht ik: hier is geen spel meer gaande, hier duikt helemaal niets meer op achter de woorden. Niet dat die woorden nu altijd lelijk of leeg waren, maar ze sloegen dus wel echt op Lennard en Violetta, twee mensen die niet met maar ook niet zonder elkaar kunnen en die wel iets weg hebben van de canonieke tortelduifjes uit Turks fruit. Zo’n vrije jongen en zo’n verkrampte vrouw die zich maar niet weet te bevrijden uit de houdgreep van haar stijfburgerlijke ouders. Bonsaibaby is literair hooguit dat, een adaptatie van Wolkers’ klassieker, dobberend in een bad dat is afgetapt met therapeutische passages die nul beroep doen op de verbeelding van de lezer: ‘Je hebt jezelf nooit kunnen zijn. Want dat werd nooit getolereerd. Dát is wat je nu voelt. Het is eenzaam, als je niet jezelf mag zijn. Dan ben je niet eens met jezelf.’

Het is alsof Ryst de basisregels van het opeisende schrijven aan zijn laars heeft willen lappen zonder ze aan z’n laars te kunnen lappen. Ook deze keer laat hij de lezer dus beduusd achter. Maar in een andere zin des woords.

Bestanden bij dit product
Inkijkexemplaar.pdf (119.67 kB)
Back to top