De gouden baard
Een vreemde baard? Die laat de koning direct in stukjes knippen
Kinderboek Een kinderboeksprookje over een grootheidswaanzinnige koning – dat werd in de handen van tekenaar Klaas Verplancke géén opzichtig moralisme. De gouden baard is een briljante oefening in dwarskijken en tegendenken.
Het was niet de bedoeling een politiek boek te maken. Maar, zo vertelde Vlaming Klaas Verplancke (1964) vorig jaar aan de Vlaamse krant De Standaard over zijn toen in Amerika verschenen prentenboek The King’s Golden Beard, terwijl hij eraan werkte kreeg het sprookje over een aan grootheidswaanzin lijdende koning een politieke en sociale dimensie. „[P]opulistische leiders, de wetenschap die in vraag wordt gesteld, complottheorieën, polarisatie, egoïsme en hoogmoed, dat sloop er allemaal in”, aldus Verplancke.
Dat is veel voor in een prentenboek, en gewaagd: hoe actueel en relevant al die thema’s ook zijn, het gevaar van opzichtig moralisme ligt op de loer. Maar Verplancke, internationaal bekend van zijn spitsvondige prenten in onder meer The New York Times en zijn geweldige digitale ‘Combat Covid’-affiches in de straten van New York, heeft dit gelukkig weten te vermijden. Metafoor en werkelijkheid zijn op een briljante manier vervlochten in De gouden baard, dat recent als Nederlandstalige editie uitkwam.
Fantastische baardgroei
De Nederlandse titel, die zonder de vermelding van de baarddrager eigenlijk beter is dan de Engelse, verraadt al deels wat het succesvolle geheim van Verplancke’s allegorische vertelling is. Bovengenoemde thematiek is nergens expliciet, in taal noch beeld. Zo krijgen we het gezicht van de narcistische koning die geobsedeerd is door zijn fantastische baardgroei nergens te zien. Alleen een weelderige haardos met een paar rode handschoenen en zwarte puntlaarzen die daar doorheen steken en een grimmige grijns zijn zichtbaar. Behalve dat dit de illustraties spannend maakt, geeft het ze ook een absurdistisch tintje. Hilarisch bijvoorbeeld is de onalledaagse prent na het klassieke sprookjesbegin ‘lang, lang geleden/ toen bijna iedereen nog dacht dat de aarde zo plat was als een pannenkoek’, waarop leden van de koninklijke garde gewapend met tuinharken de koningsbaard ordenen. Raak is ook de spread waarop ze onderdanig haarstrengen achter de koning aandragen alsof het zijn hofsleep betreft.
De plot is verder geniaal in zijn eenvoud. Eerst legt ‘de baard’ zijn onderdanen op straffe des doods per decreet een baardgroeiverbod op, zodat hijzelf ongehinderd nog mooier en langer kan worden. Daarna slingert hij zich een weg via de paleisgangen, langs tuinpaden, door woestijnen en wouden, over zeeën en bergen de wereld rond, tot hij aanklopt bij zijn eigen achterdeur en onder het motto ‘DE WET IS DE WET!’ beveelt de ‘vreemde baard’ onmiddellijk in stukjes te knippen, er immer van overtuigd dat de aarde plat is ondanks recent tegenovergesteld bewijs van slimme astronomen. De afloop laat zich vervolgens gemakkelijk raden. De sublieme slotspread waarop een gardist de koningsbaard het boek uitzwiept met een bezem die zijn borstelharen weer terug heeft, maakt die bovendien prettig licht verteerbaar.
Dwarskijken
Ja, De gouden baard is een doldwaas prentenboek. Tegelijkertijd is het ongemerkt een ludieke oefening in dwarskijken en tegendenken. De sippe geschoren en geknipte gezichten suggereren bijvoorbeeld dat niemand blij is met het haargroeiverbod. Maar kijk goed, die voorheen door baardgroei geplaagde dame glimlacht toch heus. Ook de opmerking ‘kappers en barbiers deden gouden zaken’ doet het oorspronkelijke perspectief kantelen.
Dat dwarskijken moet je soms trouwens letterlijk nemen: wie de rondreis van de baard wil volgen moet het boek draaien en op de Zuidpool zelfs (logischerwijze) op zijn kop houden. Geweldig hoe Verplancke daar terloops de klimaatproblematiek inbrengt: wanneer de gardisten de wereld in omgekeerde richting rondrennen om de ‘vreemde baard’ te grijpen, blijkt het poolijs gesmolten. Daarbij speelt Verplancke vernuftig met een afwisselende vlak- en kleurverdeling en typografie: regelmatig knalt het koningsgebulder in vette kapitalen het boek uit. Dit getier lijkt een verwijzing naar Trump. Goedbeschouwd staat de gouden baard echter symbool voor iedere megalomane idioot die de wereld terroriseert, wat dit meesterlijke sprookje een universele zeggingskracht geeft en de potentie een klassieker te worden.
01-04-2022 Mirjam Noorduijn
Een humoristisch verhaal over betweterigheid, over boontjes en loontjes en de gevaren van dictatoriale machthebbers.
ISBN | 9789045127262 |
---|---|
Aantal pagina's | 40 |
Datum van verschijning | 20220222 |
NRC Recensie | 5 |
Breedte | 253 mm |
Hoogte | 307 mm |
Dikte | 10 mm |