De huurster en het poppenhuis

Else Boer
20,99
Op voorraad
SKU
9789044650174
Besproken in NRC
Bindwijze: Paperback
Levertijd 1-2 werkdagen Verzendkosten € 2,95
  • Gratis verzending vanaf €50,-
  • Veilige en makkelijke betaalopties
  • Aangesloten bij Thuiswinkel Waarborg
  • Makkelijk bestellen ook zonder account
Afbeelding vergroten
Productomschrijving
Jessie is een jonge docente Engels die, nadat ze uit haar woning wordt gezet, het tuinhuis van een groot landgoed kan betrekken. Op dat landgoed wonen de Dormers: Dalila, een van Jessies leerlingen, haar vader Alex en moeder Nicole.

Jessie raakt gefascineerd door het leven dat ze vanuit het tuinhuis waarneemt. De Dormers lijken het ideale gezin. Vooral Nicole, de succesvolle kunsthandelaar die het kasteelachtige landhuis grondig renoveert, intrigeert Jessie. Nicole is geslaagd en stijlvol. Ze heeft de regie over haar leven, iets waar Jessie naar hunkert.

Maar het landhuis is niet perfect. Vreemde dingen beginnen Jessie op te vallen: gebons op zolder, een poppenhuis dat wel erg op het landhuis zelf lijkt. En terwijl ze steeds ziekelijker betrokken raakt bij het huis en zijn bewoners, kan ze haar eigen perceptie minder vertrouwen. Iets in het huis zorgt voor verwoesting – of is het iemand?

In De huurster en het poppenhuis legt Else Boer de griezelige neigingen van de mens bloot, en wat er gebeurt wanneer die langzaam maar zeker de bovenhand nemen. Else Boer (1991) schrijft romans, korte verhalen en essays. Haar debuutroman Ik wacht hier kwam in 2021 uit.
Meer informatie
Auteur(s)Else Boer
ISBN9789044650174
Aantal pagina's208
Datum van verschijning20230424
NRC Recensie3 ballen
Breedte125 mm
Hoogte200 mm
Dikte23 mm
NRC boeken recensie

Echt gevaar? Dat zit van binnen

Else Boer Haar tweede roman is een griezelroman, waarin alles draait om de vraag wat mogelijk is en wat werkelijk. Met weinig middelen weet ze een gruwelijke sfeer op te roepen.

Wit is het wief in het labyrint: het standbeeld wordt in de schemering een spookbeeld. Het slaat aan het dolen, komt hologig voor het raam zweven. Of toch niet? De huurster en het poppenhuis, de tweede roman van schrijver en docent Nederlands Else Boer (1991), heeft trekken van een klassiek griezelverhaal. Jessie, een onschuldige jonge lerares Engels, neemt haar intrek in een krakkemikkige voormalige dienstbodenwoning op een landgoed. In het landhuis nabij woont een leerling met haar ouders.

Het grote huis intrigeert Jessie. Het heeft, behalve dat doolhof van hoge heggen in de tuin, twee torens, een krakende zolder, ten minste één klopgeest en o, er staat een miniatuuruitvoering van hetzelfde huis ergens in een verborgen kamer. Met poppetjes die sprekend op de bewoners lijken, al zijn hun gezichtjes star en bleek. Jessie is gefascineerd door die mensen. Ze vraagt zich af wat haar rol in hun leven kan zijn.

Deze roman is een lied van schijn en wezen, dat draait om de vraag wat mogelijk is en wat werkelijk. Jessie, maar ook de andere personages, halen zich van alles in het hoofd, over wie ze zijn en wat ze willen worden. Zelfs het huis is niet wat het voorgeeft te zijn: het ís helemaal niet middeleeuws, het werd gebouwd aan het begin van de twintigste eeuw.

Nadeel van de twijfel
Wie is er hier te vertrouwen? Huisbaas Nicole, vanuit wier perspectief je af en toe meekijkt, krijgt aanvankelijk het nadeel van de twijfel: ze is autoritair, kil en egocentrisch. Jessie daarentegen lijkt een lieve meid, wat timide in de omgang en nogal een sloddervos. Ze ‘had het talent niet om georganiseerd te zijn’, heet het onschuldig. Dus vergeet ze, als ze een tijdje op de huisdieren van haar huisbaas heeft gepast, de sleutel terug te geven. Of ze trekt een vest van haar aan en komt er pas later achter dat het haar eigen vest niet is. Kan gebeuren, denk je aanvankelijk. En: ach gossie. Maar gaande de roman bekruipt je de twijfel of ze wel zo fris en onschuldig zijn, al die kleine ‘vergissinkjes’. Dat is knap opgebouwd, door onder andere in kleine flashbacks gebeurtenissen uit Jessies verleden te beschrijven die te denken geven.

In haar sterke debuut Ik wacht hier (2021), over een meisjesvriendschap, bewees Boer al goed te zijn in broeierig en spannend schrijven. Ook daarin zochten jonge vrouwen naar houvast, tot in het extreme. Aanvankelijk sympathiek, maar al gauw danig ontsporend. Iets dergelijks geldt ook voor De huurster en het poppenhuis, dat verder doet denken aan De droomfabriek (2022) van Gerwin van der Werf. Ook dat gaat over een grenzeloze jonge lerares en heeft eenzelfde vaart en helderheid.

Op stilistisch gebied, in de formuleringen, is Boers proza niet zozeer opvallend, het is vooral handig en adequaat van opbouw, van plot. Ook deze tweede roman leest heel lekker weg, voor je het weet is het boek uit. Wat je uiteindelijk bijblijft is de sfeer die Boer met zo weinig middelen weet op te roepen, plus haar boodschap dat echt gevaar van binnen zit. Niet van buiten. Om te beginnen althans.

23-06-2023 Judith Eiselin

Bestanden bij dit product
Inkijkexemplaar.pdf (55.61 kB)
Back to top