De reis in het kort
De Nederlandse excuses voor de slavernij waren een mijlpaal in de bijzondere verwevenheid van Suriname met Nederland. Ze haalden de banden aan tussen twee landen die niet alleen een beladen geschiedenis delen, maar ook taal en literatuur. Deze reis belicht zowel het gedeelde verleden en erfgoed, als de huidige maatschappelijke en culturele ontwikkelingen vanuit Surinaams en Nederlands perspectief, als opmaat naar 50 jaar onafhankelijkheid van Suriname. Het afwisselende programma bestaat uit boottochten en stads- en natuurwandelingen, bezoeken aan plantages en musea en diverse lezingen van prominente sprekers. Deze reis is een onvergetelijke kennismaking met de geschiedenis, het historisch en literair erfgoed en de grote rijkdom van Suriname's cultuur en natuur.
Dagprogramma
Volgorde en onderdelen van het programma zijn onder voorbehoud.
De route
Sprekers ter inleiding
is emeritus hoogleraar Koloniale en Postkoloniale Geschiedenis aan de Universiteit Leiden en voormalig directeur van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV-KNAW). In het academisch jaar 2022-2023 bekleedt hij de Cleveringa-leerstoel aan de Universiteit Leiden. Hij gaf, alleen of met anderen, leiding aan het door de overheid gefinancierde onderzoeksprogramma 'Onafhankelijkheid, Dekolonisatie, Geweld en Oorlog in Indonesië, 1945-1950’, de door NWO gefinancierde programma's 'Traveling Caribbean Heritage', 'Confronting Caribbean Challenges', 'Dutch Atlantic Connections ' en 'Bringing History Home in the Postcolonial Netherlands', evenals onderzoeksprojecten over het koloniale en slavernijverleden van de steden Rotterdam en Den Haag, beide in opdracht van de gemeentebesturen. Hij leidt thans een onderzoek naar de rol van het huis Oranje-Nassau in de koloniale geschiedenis van Nederland. Hij levert regelmatig bijdragen aan de media over zijn vakgebieden en publiceerde zo’n veertig boeken over de Caraïbische en Nederlandse koloniale geschiedenis en postkoloniale geschiedenis.
is gepromoveerd historica en een van de bekendste en meest gelezen schrijvers van ons land. Ze schreef tot dusver zeven non-fictieboeken en één fictieboek, die allen bestsellers werden. Haar werk werd veelvuld verfilmd, genomineerd en bekroond. Voor haar totale oeuvre ontving ze onder andere de Gouden Ganzenveer en de Amsterdamprijs voor de Kunst. In 2004 publiceerde Annejet de waargebeurde Surinaams-Nederlandse liefdesgeschiedenis Sonny Boy, waarvan alleen in Nederland inmiddels al meer dan 700.000 exemplaren zijn verkocht. Ook dit boek werd bekroond en (in 2011) verfilmd. Het boek werd in allerlei talen vertaald en is vooral in Amerika, waar het in 2019 verschenen onder de titel The Boy between Worlds, een bestseller. De feestelijke zestigste druk verscheen in 2021. Onlangs werd Sonny Boy door het CPNB uitgeroepen tot het 'Nederland Leest’ boek-2023 en ook zal er in 2024 een theaterbewerking gebaseerd op dit boek in de theaters te zien zijn.
Carl Haarnack (Paramaribo, 1963) studeerde Politieke Wetenschappen in Amsterdam. Hij is oprichter van Buku - Bibliotheca Surinamica, een collectie zeldzame boeken en prenten over Suriname. Haarnack schrijft regelmatig voor het tijdschrift Parbode en www.buku.nl over de geschiedenis van Suriname, koloniaal erfgoed en oude boeken. Hij is co-auteur van Black is beautiful. Rubens to Dumas (2008). Hij was gastcurator van de tentoonstelling Slavernij Verbeeld bij de Bijzondere Collecties van de UvA in 2013 en deed promotieonderzoek naar de representatie van Suriname in Duitse literatuur 1700-1900. Haarnack schreef Reis naar Suriname (2023) en Groeten uit Paramaribo (2023).
Sprekers op locatie
Nina Jurna is correspondent Latijns-Amerika voor NRC, met als standplaats Rio de Janeiro. Eerder, tussen 2000 en 2011 woonde Nina in Suriname waar een deel van haar roots liggen en waar ze jarenlang gestationeerd was als correspondent. Na haar verhuizing naar Brazilië (2011) bleef ze Suriname op de voet volgen. Ze is er regelmatig voor werk om verslag te doen van de recente politiek-economische ontwikkelingen in het land en ze schrijft veel over sociaal maatschappelijke thema’s. Ook schreef Nina de afgelopen jaren voor NRC regelmatig over het slavernijverleden en de koloniale geschiedenis van Suriname, een onderwerp dat haar zeer interesseert. Naast haar werk voor NRC werkt Nina in Latijns-Amerika als correspondent voor de NOS en is ze freelancer voor de VPRO. In het voorjaar presenteert ze een documentaire serie over de Cariben waarin de nog altijd zichtbare erfenis van het koloniale verleden en de vorming van de eigen identiteit in deze regio, centraal staan. Deze serie, waarbij ook aandacht is voor Suriname, wordt vanaf juni uitgezonden in aanloop naar de jubileumherdenking van Keti Koti. Nina studeerde journalistiek op de Christelijke Hogeschool in Zwolle, en werkte na haar stage als verslaggever bij de Amsterdamse tv zender AT5. Na drie jaar AT5 vertrok Nina naar Suriname om haar roots verder te ontdekken, en ontwikkelde ze zich verder als correspondent.
is op 9 september 1964 in Paramaribo geboren en op zijn 10de naar Nederland vertrokken. Geschoold in de biologie, biochemie, natuurwetenschappen en toxicologie remigreert hij op zijn 41ste naar Suriname. Hij begon meteen voor STINASU (Stichting Natuurbehoud Suriname) te werken. Brownsberg natuurpark is 12.000 Ha met een rijke biodiversiteit. Daar bracht hij gewapend met zijn camera’s vele dagen door en het werd al snel zijn 2de thuis. Ronkende machines in de verte en verhalen over kleinschalige goudwinning in het park maakte hem bezorgd maar het duurde een jaar (2007) voor hij de ravage veroorzaakt door goudzoekers voor het eerst vanuit de lucht zag. Geschrokken en gealarmeerd overhandigde hij videomateriaal hierover aan de jachtopzieners waarmee hij was meegevlogen zodat zij een presentatie aan de minister konden geven. 2 weken later hoorde hij dat het in de doofpot zou gaan en dezelfde avond was hij op de Staats-tv met de beelden. Dit veroorzaakte grote verontwaardiging in de gemeenschap en de regering en dwong president Venetiaan hard op te treden tegen de goudzoekers. Toen er mijnbouwvergunningen opdoken van parlementariër R.B werden de ontruimingen stopgezet gezet. Boos verliet hij STINASU om in 2009 probios.org op te richten. Een milieuactivist was geboren.
groeide na zijn kleuterjaren op in Amsterdam en werkte aanvankelijk als freelancer voor onder andere Het Parool. In 1996 remigreerde hij naar Suriname en schreef van daaruit onder meer columns voor de Volkskrant (in 1998 gebundeld onder de titel Enkele reis Paramaribo) en de AD Haagsche Courant en artikelen voor De Groene Amsterdammer. Recentelijk was Brave hoofdredacteur van het Surinaamse dagblad de Ware Tijd, een functie die hij eerder bekleedde, ook bij maandblad Parbode. Brave is verbonden als presentator bij Radio ABC en sinds 2019 correspondeert hij voor Trouw.
Marcel Pinas studeerde aan de Nola Hatterman-kunstacademie (Paramaribo), het Edna Manley College of Visual and Performing Arts (Jamaica) en de Rijksacademie (Amsterdam). In 2010 richtte hij TAS op (Tembe Art Studio) voor jongeren en beginnende kunstenaars, in 2011 het Contemporary Art Museum Moengo (Camm) en in 2013 het Moengo Festival, dat muziek, theater, dans en kunst combineert. Pinas werkte mee aan de Suriname-tentoonstelling in de Nieuwe Kerk (2019). Op ArtZuid 2023 stond Na Bika Tu Na Fo, opgebouwd uit Afaka-tekens van cortenstaal. Kibri a kulturu (behoed onze cultuur) verwijst naar zijn eigen Surinaamse N’dyuka Marron-gemeenschap, ook bekend als Aucaners.
Tessa Leuwsha (Amsterdam, 1967) woont sinds 1996 in Suriname en is schrijver en documentairemaker. Daarnaast werkt ze als cultureel attaché bij de Nederlandse ambassade in Paramaribo. Tessa Leuwsha heeft diverse romans op hara naam staan. Haar romanSolo, een liefde ontving goede recensies in onder meer NRC Handelsblad, de VPRO gids en HP/de Tijd en werd genomineerd voor de Black Magic Woman Literatuurprijs 2009. Haar non-fictie werk Fansi's stilte, een grootmoeder en de slavernij (uitgeverij Atlas Contact, 2015), is in meerdere herdrukken verschenen en werd genomineerd voor de Inktaap Literatuurprijs 2017. In 2020 verscheen Plantage Wildlust, waarin ze via verschillende personages het leven beschrijft op een Surinaamse plantage aan het begin van de 20e eeuw, tijdens de periode van contractarbeid. De wilde vaart, verschenen in april 2022, vertelt in tekst en beeld over een bootreis waarin Leuwsha en haar man over de Surinaamse wateren op zoek gaan naar hun eigen kern en de veerkracht van een volk. Tessa Leuwsha schrijft columns en artikelen voor o.a. de Volkskrant, De Groene Amsterdammer, HP/De Tijd en de Ware Tijd Literair. Vanaf 2023 schrijft ze een wekelijkse column voor Libelle. Leuwsha nam deel aan diverse internationale literatuurfestivals, waaronder het Winternachtenfestival en Writers Unlimited in Den Haag, en de festivals Boekids en Werelden in ontmoeting in Paramaribo. Deelname onder voorbehoud.
Cynthia Mc Leod-Ferrier is dochter van de laatste gouverneur en eerste president van Suriname, Johan Ferrier, en zus van de Nederlandse politica Kathleen Ferrier. Ze wordt vaak uitgenodigd door allerlei literaire instituties, scholen en universiteiten voor het geven van lezingen. Voor een groot deel van haar lezers is ze een symbool en een voorbeeldfiguur geworden, omdat ze de Surinaamse geschiedenis op een herkenbare manier in haar boeken verwerkt. Cynthia Mc Leod is ook de meest gelezen schrijver onder Surinaamse middelbare scholieren voor hun leeslijst, al meer dan twintig jaar een ongebroken record. Mc Leod schrijft vanuit Suriname maar haar werk wordt in Nederland uitgegeven. Ze debuteerde met de roman Hoe duur was de suiker? in 1987. Met deze uitgave boekte zij meteen groot succes in Suriname: haar boek werd razend populair en beleefde vele herdrukken. Ook in Nederland brak ze al gauw door. Daarna volgde een indrukwekkend oeuvre van historische romans dat de Surinaamse plantagetijd en andere historische gebeurtenissen uit de Surinaamse geschiedenis zeer levendig beschrijft. Hierdoor mag zij wel de grande dame van de Surinaamse literatuur worden genoemd. Veelzijdigheid is kenmerkend voor het schrijverschap van Cynthia Mc Leod. Haar bibliografie bestaat uit kinderboeken, historische romans, studies en documentair werk.
Naam foto - De ontmoetingen met jonge, lokale kunstenaars en jonge, maar traditionele boeren introduceren het ‘echte’ Georgië.
Boekingsinformatie
€5395,-
Toeslag alleenreizenden : € 615,- per persoon
Inclusief o.a.: Vliegreis Amsterdam – Paramaribo v.v. per KLM, ruimbagage • verblijf in ****hotel Torarica en boutique hotel Peperpot op basis van logies &ontbijt • welkomstborrel, twee diners en vier lunches • excursies inclusief vervoer en entrees • boottochten - Suriname-rivier en Commewijne-rivier en naar de plantage Frederiksdorp • lezingen op locatie door Nederlandse en Surinaamse sprekers • reader • literatuurlijst • inleidende studiemiddag in Nederland voorafgaand • Nederlandstalige reisbegeleiding • bijdragen op reis door Nina Jurna
Exclusief: * niet genoemde maaltijden * fooien * uitgaven van persoonlijk karakter * reis- en annuleringsverzekeringen * · Bijdrage calamiteitenfonds € 2,50 per reservering * SGR & Calamiteitenfonds € 5,- per persoon *Administratiekosten € 25,- per reservering * Entry Fee Suriname, 25 euro / USD per persoon. Per 1 juli 2022 hoef je geen Visum of Etoeristenkaart meer aan te vragen. Daarentegen betaal je een entry fee. (via: https://suriname.vfsevisa.com/suriname/online/home/entry-fee)
Co2 compensatie
Bij het boeken van uw reis wordt de CO2-voetafdruk van de reis gecompenseerd. Deze is berekend voor de hele reis en betreft het verblijf, het transport bij excursies en de maaltijden.
De CO2-compensatie is mogelijk gemaakt door de samenwerking met FairClimateFund. Zij investeren in Fairtrade gecertificeerde klimaatprojecten, zoals het BCS biogasproject in India. In dit project maken huishoudens de overstap van koken op open vuur naar het gebruik van biogas. Dit leidt tot minder CO2-uitstoot, verbeterde leefomstandigheden voor de huishoudens én Fairtrade Carbon Credits voor uw compensatie. Kijk voor meer informatie op www.fairclimatefund.nl.