Als kind kroop Heidi De Pauw weleens in doodskisten. Politiereeksen vormden een rode draad doorheen haar jeugdjaren. Tijdens haar studies werd haar interesse gewekt voor jeugdcriminologie en de rechten van kinderen. Geen wonder dat ze na het uitbarsten van de zaak-Dutroux haar steentje wou bijdragen aan het 'nooit meer'-motto van die tijd. Uiteindelijk zou De Pauw bijna dertien jaar de organisatie Child Focus leiden. Tot het tot onder haar vel kroop.
In dit boek vertelt ze over haar jarenlange strijd voor de rechten van minderjarigen. Hoe ze met Child Focus zocht naar vermiste jongeren, vocht voor de terugkeer van kinderen van Syriëgangers, waarschuwde voor de gevolgen van de sluiting van scholen tijdens de coronapandemie, en aan de alarmbel trok over de nieuwe tendensen rond kindermisbruik. En vaak geconfronteerd werd met tegenwerking en zelfs bedreigingen.
Maar in dit boek houdt De Pauw ook een hartstochtelijk pleidooi om meer naar de jeugd te luisteren. Want door hen te negeren doen we onszelf tekort en zullen we aan het kortste eind trekken. Door tijd, energie en - ja - geld in hen te investeren zorgen we samen voor een mooiere en evenwichtigere samenleving.
Want de toekomst is nu. En De Pauw is optimist tot in de kist.