2050

Peter Verhelst
22,99
Op voorraad
SKU
9789403132617
Besproken in NRC
Bindwijze: Paperback
Levertijd 1-2 werkdagen Verzendkosten € 2,95
  • Gratis verzending vanaf €50,-
  • Veilige en makkelijke betaalopties
  • Aangesloten bij Thuiswinkel Waarborg
  • Makkelijk bestellen ook zonder account
Afbeelding vergroten
Productomschrijving
Het iconische jaar 2050. Alles is fundamenteel veranderd. Wie willen we zijn? Wie is de vijand? Waar kunnen we overleven? Hoe kunnen we in deze tijden afscheid nemen? Zijn onze dromen digitaal? Hebben utopieën nog betekenis? Is het feest voorbij of moet het nog beginnen? Is deze wereld de echte? Gelooft iemand nog dat kunst de wereld kan redden? Is de toekomst dood? Waar is iedereen gebleven? Wat betekent dat licht in de verte? 2050 bestaat uit 98 gedichten; sommige kort, andere bladzijden lang; sommige woedend of destructief, andere teder of verdrietig, of strijdbaar en reikend naar nieuwe vormen van schoonheid. Nieuwe betekenissen. Nieuwe beelden. Nieuwe mythologieën. Hoe hard of hopeloos ook, elk gedicht zindert van de hartstochtelijke liefde voor poëzie.
Meer informatie
Auteur(s)Peter Verhelst
ISBN9789403132617
BindwijzePaperback
Aantal pagina's128
Publicatie datum20210702
NRC Recensie4 ballen
Breedte161 mm
Hoogte215 mm
Dikte12 mm
NRC boeken recensie

Deze dichtbundel biedt een caleidoscopische blik op de toekomst

Peter Verhelst Hoe effectief het kan zijn om iets niet te zeggen, weet Verhelst. Hij zwoegt in zijn nieuwe dichtbundel om een blik op te toekomst te veroveren én biedt heldere beelden en fonkelende visioenen.

Op de snelweg vanuit Duitsland naar Nederland, zat het stijgende water me op de hielen. Bij elk nieuwsbericht waren er meer mensen overleden en nog meer vermist. Huizen, bomen, levens bezweken gaandeweg. Eenmaal in Nederland hoorde ik een persconferentie vanuit Venlo, waar de spreker orde probeerde te scheppen in de chaos. Hij riep ramptoeristen op om thuis te blijven. Kan iemand een ramptoerist zijn als hij of zij de deur niet uitgaat? Misschien wel. Misschien ben ik er ook een, dacht ik. Een ramptoerist die de verkeerde kant opgaat.

De spreker riep op om met het mooie weer niet te gaan zwemmen in meren en beken, omdat er ‘bomen en … andere objecten’ in het water zouden kunnen drijven. Zonder de pauze tussen bomen en andere objecten had ik nog kunnen denken: goed idee, zwemmen tussen boomkruinen. In de pauze doemden de meest scherpe en verwondende voorwerpen op.

Hoe effectief het kan zijn om op het goede moment iets niet te zeggen, weet ook Peter Verhelst (1962), dichter, romanschrijver en regisseur, met een omvangrijk en experimenteel oeuvre. Zijn nieuwe dichtbundel 2050 biedt een caleidoscopische blik op de toekomst. Beheersing en rampspoed wisselen elkaar af, zoals ook de toon en vorm van de gedichten variëren van precies en ingehouden tot uitbundig en barok.

Verhelst breekt een redelijk nabije toekomst open, woord voor woord, strofe voor strofe. De lezer gaat mee in zijn zwoegen om deze toekomst te veroveren – heel anders dan Kazuo Ishiguro bijvoorbeeld doet in Klara en de Zon (2021), een roman waarin de nabije toekomst een gegeven is, en er weinig wordt uitgelegd over hoe dat zo is gekomen. Ishiguro’s werkwijze levert een overtuigende vertelling op, maar het zijn juist de stiltes en gaten die vallen bij Verhelst die zijn worsteling geloofwaardig maken, waardoor de gedichten overtuigen op een diep menselijk niveau.

Als een beeldhouwer die zijn eigen marmer uit een groeve hakt, gaat Verhelst te werk om het materiaal te winnen waaruit hij zijn toekomstvisioen vormgeeft:

Na de uitnodiging, de ontmoeting, de annunciatie.

Na het bezoek.

Na de epidemie. Na de overstroming – boten op daken; gebouwen en boomkruinen beslijkt; heb jij nog wilde bijen gezien?

Na de aardbeving – een almaar harder trillende kast waar almaar sneller glazen uit vallen.

Na de branden – traag drijft een schaduwwolk over het land.

Na de aanslag – het skelet van de auto.

Na de waarheid.

Na het precisiebombardement – vol op het ziekenhuis.

Na de droom.

De gebeurtenissen die Verhelst opvoert verrassen niet. Overstroming, epidemie, oorlog en brand behoren tot onze dagelijkse werkelijkheid. De manier waarop Verhelst de rampspoed opdreunt – na de waarheid, na het precisiebombardement, na de droom – suggereert dat het lot een eigen koers en ritme kent: het zal allemaal plaatsvinden en er is geen ontsnappen aan. Juist door achterwege te laten wat erna zal gebeuren, breekt hij een ravijn van mogelijkheden open.

In deze gedichten torent Verhelst uit boven de toekomst.

In het haast in zichzelf verzuipende prozagedicht ‘Voorbijdrijvend puin’ wordt kortademig beschreven wat je zoal tegenkomt bij een overstroming: ‘Een huis dat inklapt en de muren die zich binnenstebuiten keren en ijskasten en bedden en tafels en stoelen en stukken van dingen. Draaikolken. Kluwens die tegen boomkruinen en muren opklimmen om zich kolkend, schuimend en ziedend een weg te vreten door de rij huizen, over tuintjes en scholen en speelplaatsen en parkings en supermarkten heen… en…’

De herhaling van kolken in dit gedicht draagt bij aan de beweging van een wegspoelende wereld. Soms is herhaling minder effectief. Tot drie keer toe gebruikt Verhelst in 2050 ‘saffraan’ om de kleu

30-07-2021 Maria Barnas

Back to top