Binnenwereld, buitenwijk, natuurlijke omstandigheden
Leek Tsead Bruinja in zijn eerste bundels introvert – sinds Bang voor de bal (2007) is de werkelijkheid van alledag bepalend in zijn poëzie. Die terloopse ommezwaai maakt hem tot wat hij buiten de poëzie misschien al was: een extraverte introvert. Deze bijzondere eigenschap verbergt hij overigens vaardig in een werkwijze die zich het beste laat omschrijven als ‘sampling’, een collagetechniek met van elders geleende zinsneden. Hij gebruikt dus andermans maskers om uit te drukken wat hem zelf beweegt.
In zijn nieuwe bundel, Binnenwereld, buitenwijk, natuurlijke omstandigheden, onderzoekt Bruinja het spanningsveld tussen de twee: zijn eigen beweegredenen en zijn externe bronnen. Dat suggereert systematiek, maar daarvoor zijn Bruinja’s formuleringen te terloops en soms zelfs te nonchalant. Van heuse verdichting is in zijn poëzie geen sprake, en dat kan en mag je als lezer van sampling ook niet verwachten. Niettemin zijn de beste verzen vaak onverhoeds raak in hun slotregels. Een goed voorbeeld daarvan is het afsluitende distichon van ‘Bouillon’: ‘nog even en ik ga de poëzie in / om de wereld te verbeteren’.
Deze paradox beheerst vooral de tweede afdeling van de bundel, ‘buitenwijk’. Daarin toont Bruinja zich bij uitstek een maatschappelijk geëngageerde dichter. Maar pas op, stelt hij zelf in het gedicht ‘Wat je met een stad kunt doen’: ‘de dichter is geen historicus/ de dichter is de conciërge van de tijd’.
Binnenwereld buitenwijk luidt de titel op het voorplat. Op de rug en titelpagina wordt dat Binnenwereld, buitenwijk, natuurlijke omstandigheden. En aan het slot van de bundel verschijnt nog: Wingewest’. Die vierde afdeling had mogen ontbreken. Poëtisch is Bruinja daarin op zijn zwakst. Elk van de acht gedichten is niet meer dan een echokuil van opgevangen buitenruis – vaak, maar vooral ook vaag politiek gekleurd.
Poëtisch sterk wordt Bruinja wanneer hij zijn eigen ervaringen of het gebrek daaraan kruist met andermans tekort en kracht. Dit gebeurt in ‘Een blinde zegt maak met mij deze kamer’, het mooiste gedicht van de bundel, dat begint met de regels:
geef mij een indrukwekkende tafel met een dik blad
een stevige deur die je zegt dit is een belangrijke ruimte
een deur met gezag
geef mij een uitzicht met de roestige geur van regen
auto’s die na een bui over de weg suizen
zonlicht dat m’n huid verwarmt
De stijl is even lapidair en opsommend als in andere verzen in deze bundel, maar de inhoudelijke dwarspaden en kruisingen zijn suggestiever, dus sneller herkenbaar, bijvoorbeeld aan het slot van het gedicht: ‘zeg me hoeveel van wat je weet je hebt gezien/ hoe weinig aangeraakt// en merk wanneer je zachter praat/ dat deze kamer kleiner wordt// ik heb niet veel eelt op mijn handen/ niet veel op mijn hart of tong// roep me// dan weet ik/ waar we staan.’
Persoonlijk is, of lijkt Bruinja vooral in de eerste afdeling ‘binnenwereld’. Die opent, na de vervreemdende titel ‘Satelliet diplomaat’, met de aansprekelijke regels ‘welke handen startten de machine / die de planken zaagde voor je bed?’ Daarmee zijn we in het huis van de dichter. Gastvrij laat hij ons kennismaken met zijn alledaags bestaan, zijn echtgenote en vrienden.
Veel minder persoonlijk zijn de maatschappijkritische verzen in de bundel. Soms zijn die ook uitsluitend opgebouwd uit citaten, zoals ‘In kannen en kruiken’, dat niet meer dan een opsomming is van clichématige toezeggingen. Maar dan blijkt hoe krachtig sampling kan werken:
zijn we van plan zal gaan gebeuren
komt er aan kan niet lang meer duren
hebben we aan gedacht hadden we ons voorgenomen
zullen we niet vergeten is bij ons in goede handen
komen we samen uit gaan we aan werken
kunt u op ons afrekenen in kannen en kruiken
Hierna gaat het gedicht nog elf regels door met soortgelijke kreten, al wordt daarin soms aan de zekerheid gemorreld met uitspraken als ‘dat hangt ervan af ligt moeilijk ligt lastig’. Die dubbelheid uit zich ook in de laatste regels: ‘waren we al aan het doen / was mij ontschoten’. Dit had Deelder kunnen zijn, maar het is vintage Bruinja.
ISBN | 9789059366091 |
---|---|
Aantal pagina's | 64 |
Datum van verschijning | 20150901 |
NRC Recensie | 3 |
Breedte | 137 mm |
Hoogte | 215 mm |
Dikte | 7 mm |
Je bent al ingeschreven met dit
e-mailadres