Het volle leven
Op 7 juni 1950 liet John Fante, de schrijver van cultklassiekers als Wait Until Spring, Bandini (1938) en Ask the Dust (1939), zijn bezorgde moeder per brief weten dat hij een roman had geschreven over hoe, jaren eerder, zijn zoontje Nicky was geboren. ‘Het is fictie, natuurlijk, maar het is een aardig verhaal over een man en zijn vrouw, en hoe ze de ouders werden van een prachtig joch.’
Die roman was Full of Life, oftewel Het volle leven, is nu verschenen bij uitgeverij Oevers in een uiterst soepele vertaling van Dirk-Jan Arensman, met een voorwoord van Jaap Scholten. Het was de eerste roman die Fante in meer dan een decennium schreef. Met de voorgaande twee was het, alle beloften van de uitgever ten spijt, niet zo gelopen als hij had gehoopt, onder meer doordat zijn uitgever Stackpole Sons rond de publicatie van Ask the Dust in een juridische strijd verzeild was geraakt met ene Adolf Hitler en diens Amerikaanse uitgever Houghton Mifflin. Stackpole had een ongeautoriseerde editie van Mein Kampf uitgebracht, waarvoor de uitgeverij flink zou moeten bloeden, ten koste van andere auteurs, onder wie dus een immigrantenzoon van een Italiaanse metselaar. ‘De mythomane Fante’, schrijft Scholten, ‘gaf de Führer er de rest van zijn leven de schuld van dat de wereld niet bijtijds zijn genie had ontdekt.’ Het was in die tijd, 1940, dat Fante zich – waarschijnlijk met opzet – in de Plymouth van zijn vrouw Joyce te pletter reed tegen een telefoonpaal. Tegenvallende verkoop, ziekenhuisrekeningen en kinderen zouden daarna tot een carrière-switch dwingen. In de oorlog werkte Fante voor het Office of Strategic Services, de Amerikaanse inlichtingendienst, daarna was hij als scenarist actief in Hollywood.
Kwakende stierkikker
Net als Fantes eerste romans – die schrijvers als Bukowski en Kerouac zouden beïnvloeden – is Het volle leven gestileerd autobiografisch. Maar waar Fante zichzelf in Wait Until Spring, Bandini en Ask the Dust nog Arturo Bandini noemde, een katholieke jongen die tijdens de depressiejaren opgroeit in Boulder, Colorado en later naar Los Angeles trekt om schrijver te worden, heet hij hier gewoon John Fante. En zijn echtgenote heet gewoon Joyce, een scherpzinnige, krachtige persoonlijkheid die als kritisch lezer van zijn werk een bepalende rol in Fantes praktijk speelt. Of speelde, want tijdens de zwangerschap die de rode draad van het boek vormt heeft ze geen zin meer om Fantes werk te lezen. ‘Als een steen kwam het kind tussen ons in’, schrijft Fante, die verlangt naar vroeger, naar de tijd dat hij een kamer in kon lopen ‘een of ander intiem iets van haar’ kon oppakken, en alleen door de aanraking daarvan al wankelde, ‘als een stierkikker kwaakte om de geneugten van mijn geliefde’. Zijn golfvrienden vragen zich af waarom hij Joyce niet ontrouw is. ‘Was het niet soortement van gebruik dat mannen hun vrouw tijdens de zwangerschap bedrogen?’ Maar alle spanningen in huis ten spijt zit overspel er niet in.
En spanningen zijn er. Fante zit niet echt op dat kind te wachten, ook vanwege geldzorgen. Er is net een huis gekocht dat een termietenheuvel blijkt te zijn. Zozeer dat Joyce door de keukenvloer zakt. En wanneer Fante in de ontbijthoek met zijn vuist tegen de muur slaat, zakken zijn knokkels weg in ‘sponzig pleisterwerk en hout’.
Enter vader Nick Fante, gepensioneerd metselaar. Die zou kunnen helpen enigszins betaalbaar het euvel te verhelpen. Zoon John haalt hem in Noord-Californië op met de trein, wat geweldige scènes oplevert. Nick weigert uit armentrots het voor hem betaalde reiscomfort te accepteren, sleept zijn eigen loodzware koffers, wil niet dineren in de diner car, slaapt niet in de slaapcabine maar opgevouwen in het toilet. Ondertussen windt hij andere passagiers om zijn vingers met ronkende verhalen over zijn bittere jeugd in de Abruzzen, waar hij als tienjarige al in de leer moest bij een wrede metselaar die hem zijn hongerloon ontfutselde. ‘De mensen die in Wagon 21 bij hem in de buurt zaten, waren diep geroerd door de woorden van deze simpele oude man, die tevredenheid vond in een beetje brood, kaas en salami, terwijl zijn zoon zich bandeloos volpropte met eten.’ Alle inzittenden denken dat Fante zijn vader luxe misgunt.
Eenmaal in Los Angeles blijkt Nick toch niet zo’n bedreven timmerman. In plaats daarvan wil hij metselen. Joyce ontpopt zich daarbij tot Nicks partner in crime – hoogzwanger staat ze een stenen schouw af te breken. Ook raakt ze in de greep van een geloof waar John zich jaren eerder met veel moeite van heeft weten te bevrijden. Zo dreigt de schrijver te worden vermalen tussen vrouw, vader en God, maar Fante brengt dat alles met zo’n aanstekelijke zwier en humor dat je hem diens masculiene geweeklaag vergeeft. Bovendien zijn er voldoende momenten van schoonheid en liefde die tegenwicht bieden.
Dolle paniek
Dat Het volle leven zo licht van toon is, is opmerkelijk. Zeker gezien de omstandigheden – lees: dolle paniek – waarin Fante het schreef. In 1950 was hij al vader van drie, en het Hollywood-geld was zo goed als op. Wat hem er niet van weerhield zijn dagen te slijten op de golfbaan, terwijl Joyce opgezadeld zat met het nageslacht. Toen bleek dat ze alwéér zwanger was, zorgde dat nieuws voor grote verslagenheid bij de aanstichter. En wangedrag. Fante bombardeerde Joyce met obsceniteiten, drong aan op abortus, en dacht – toen dat geen optie bleek – erover de familie in de steek te laten. Uiteindelijk bleef hij, voor zover je dagelijks bezatten in de kroeg als ‘blijven’ kan worden opgevat. Fante was verbitterd en bang, en uit die angst kwam een roman voort die tot zijn zonnigste werk moet worden gerekend. Hij schreef het boek aanvankelijk voor wat snelle centen, maar Het volle leven zou veel meer opleveren. Het werd Fantes eerste bestseller, die bovendien duizenden dollars in het laatje bracht via tijdschrift- en filmrechten. Het spook van Hitler was verslagen.
Maar het huwelijk zou niet herstellen. Als finale wandaad had Fante geweigerd Joyce naar het ziekenhuis te rijden. Hij had haar wat geld voor de taxi in handen gedrukt, was niet bij de geboorte van het kind aanwezig geweest, en had moeder en kind bij thuiskomst genegeerd. Het huwelijk zou nooit ontbonden worden, maar Joyce schreef later dat ze, hoewel ze nooit meer aan die periode zouden refereren, er beiden voorgoed door getekend waren.
- Tommy Wieringa
De verteller in Het volle leven is een Italiaans-Amerikaanse schrijver die in Los Angeles woont met zijn zwangere vrouw Joyce. Terwijl de roman het verloop van Joyce’s zwangerschap volgt, moet John zien om te gaan met haar wisselende emotionele stemmingen, haar groeiende interesse in het rooms-katholicisme (waarvan John zelf is afgevallen) en de termietenplaag in hun nieuwe huis. Dit alles wordt verder bemoeilijkt door Johns problematische relatie met zijn vader, Nick, een gepensioneerde metselaar, die ze hebben gevraagd om hen te helpen met de termietenplaag. Nick trekt tijdelijk bij zijn zoon en schoondochter in en is niet echt verlegen om zijn uitgesproken mening over het gezinsleven en zijn toekomstige kleinkind te delen.
Het volle leven is een rijke mix van komedie en drama, een zeer ontroerend en ontwapenend verhaal over familiebanden, over John Fante en zijn vrouw die zich voorbereiden op hun eerste baby. Een verhaal over hoe een man en een vrouw elkaar kunnen liefhebben, maar ook kunnen haten. En, uiteindelijk, elkaar weer vinden.
'Fante heeft in net iets meer dan tweehonderd pagina’s zijn personages met aantoonbaar plezier laten ploeteren, lijden en liefhebben. Prachtig.'
– Maarten Moll in Het Parool
'Dit boek levert heftige, hilarische en ontroerende scenes op waarin enige balans in het leven nooit bereikt lijkt te worden. John Fante was een ongelooflijk goed schrijver. Deze vertaling een cadeau voor de Fante liefhebber.'
– Literair Nederland
‘Het volle leven, Fante’s humoristische roman over het gezinsleven, was een waarlijk hartverwarmende hit.’ – The New York Times
John Fante (1909-1983) was een Italiaans-Amerikaanse schrijver en een tijdgenoot van o.a. William Faulkner en F. Scott Fitzgerald. Hij schreef korte verhalen, romans en filmscenario’s. In 1929 stopte hij met studeren en verhuisde naar Zuid-Californië om zich op zijn schrijven te concentreren. Hij woonde en werkte in Wilmington, Long Beach, en in de wijk Bunker Hill in het centrum van Los Angeles, Californië. Hij staat bekend als een van de eerste schrijvers die de moeilijke tijden beschrijft waarmee veel schrijvers in L.A. te maken hebben. Zijn werk en stijl hebben soortgelijke auteurs als Charles Bukowski en Jack Kerouac beïnvloed.
ISBN | 9789493290488 |
---|---|
Aantal pagina's | 224 |
Datum van verschijning | 20230615 |
NRC Recensie | 4 |
Breedte | 126 mm |
Hoogte | 200 mm |
Dikte | 21 mm |