Probeer de hemel mijn huis te maken
Als verhalenschrijver is Mischa Andriessen op z’n best als hij ook zijn dichterskwaliteiten toont
Mischa Andriessen Iemand die ‘reigerstil’ toekijkt: deze als prozaïst debuterende dichter heeft in sommige van zijn verhalen genoeg aan één woord of één splijtende zin. Andere verhalen zijn behoudender.
Met Probeer de hemel mijn huis te maken debuteert Mischa Andriessen (1970) als prozaïst. Dichter is hij al langer: sinds 2008 verschenen er vier bundels van zijn hand, waarvoor hij diverse prijzen ontving. In zijn laatste bundel Het Drogsyndicaat (2021) vertelde Andriessen ‘het verhaal van de zondvloed als straf voor een onverantwoordelijke omgang met mens, dier en plant’. Maar wie op basis van deze flaptekst aardse, geëngageerde gedichten verwacht kon wel eens bedrogen uitkomen. Zo repte poëziewebsite Meander over ‘onleesbare en onbegrijpelijke zinnen’ en over ‘onzinnige en overbodige woorden’. Zou Andriessen als prozaschrijver beter te volgen zijn?
Het antwoord is ja, want buitensporig hermetisch of vaag is zijn verhalenbundel Probeer de hemel mijn huis te maken niet. Eerder een beetje behoudend zou ik zeggen, met bijvoorbeeld een openend verhaal dat in de goeie ouwe Tweede Wereldoorlog is gesitueerd, gevuld met woorden als ‘speruur’, ‘knijpkat’ en ‘moffen’, wat niet echt de indruk wekt dat hier iemand met avantgardistische aspiraties aan het werk is. ‘De thuiskomst (1)’ is een kundig geschreven, doch klassiek verhaal over ouders die een kind verliezen.
Een verhaal van een dichter ook, van iemand die aan een vierkante centimeter bladspiegel genoeg heeft om te zeggen wat er gezegd moet worden. Zo kijkt iemand ‘reigerstil’ toe. En over een straat na de oorlog: ‘In hun straat waren nog maar weinig bekenden, maar wie aankwam, gedroeg zich als wie weggegaan was.’
Je kunt zeggen dat Probeer de hemel mijn huis te maken heel divers is. Er is die oorlog, maar er is ook, in het langere ‘Krabu’ bijvoorbeeld, een veel fictievere wereld die wel wat aan Margaret Atwoods The Handmaid’s Tale doet denken. En er zijn overbeschaafde, bedremmelde personages met een liefde voor obscure jazz-artiesten, maar ook ploerten. Helaas is ook de kwaliteit van de verhalen divers.
Vaak, te vaak, schrijft Andriessen te slepend om te boeien: met het draderige gemijmer van de man uit het titelverhaal wordt bijvoorbeeld maar weinig losgewoeld. Dat er voordien te weinig is gebeurd merk je als je wél tegen een splijtende zin aanloopt: ‘Waarom jazz? Waarom heeft [de vader van de verteller] mij een liefde nagelaten die me voor altijd van anderen onderscheidt, me bij hen weghoudt zelfs?’ Het is wel een raadsel waarom er in de titel, geënt op het Engelse ‘Trying to Make Heaven My Home’, gerept wordt over ‘huis’ in plaats van ‘thuis’.
Nee, in de toekomst mag het vaker gaan als in dat genoemde ‘Krabu’, een verhaal waarin Andriessen met goed gevolg schippert tussen beschaving en hel. Eerste zin: ‘Ik zit in een wasserettetas in een gangkast en luister.’ De ik is een jonge vrouw, die ‘tegelijk met busladingen rijke meiden werd binnengebracht om te worden heropgevoed’. Je wilt er onmiddellijk alles over weten. Hoe en in welk universum vindt zoiets plaats? Het kan niet liggen aan de intelligentie van de vertelster, die zo scherp oordeelt over studerende jongens die te graag indruk willen maken, want ‘zoals warmte uit de kamer gaat wanneer je de deur openzet, zo verdwijnt het aantrekkelijke van intellect als je het te veel deelt’. Vrij naar Mulisch: het beste is de eigen raadselachtigheid te vergroten.
16-09-2022 Sebastiaan Kort
De verhalen van Mischa Andriessen draaien vaak om een kleine, ontwrichtende gebeurtenis. Personages grijpen de geboden mogelijkheid om hun leven richting te geven of vinden in het toeval hun houvast. Andriessen schrijft poëtisch, met humor en veel empathie. Vóór alles verkennen de verhalen het soelaas dat zelfbedrog soms biedt. Waarom zou de buurvrouw niet ook verliefd kunnen worden op de jonge jazzliefhebber die pas tegenover haar is komen wonen? En de verlate zoon zal zo wel thuiskomen.
ISBN | 9789021467702 |
---|---|
Aantal pagina's | 224 |
Datum van verschijning | 20220621 |
NRC Recensie | 3 |
Breedte | 135 mm |
Hoogte | 215 mm |
Dikte | 19 mm |
Je bent al ingeschreven met dit
e-mailadres