Onze avonden
In recensies van zijn romans – hij schreef er zeven sinds 1989 – wordt de Brit Alan Hollinghurst steevast de grootste stilist van de hedendaagse Engelse literatuur genoemd. Dat geloof ik graag, maar het suggereert mooischrijverij, en dat is juist waaraan Hollinghurst zich, in tegenstelling tot zoveel andere Engelser dan Engelse schrijvers, nooit schuldig maakt. Zijn zinnen zijn precies, vaak dodelijk precies, maar zijn proza richt de aandacht niet op zichzelf, maar op de gevoelens en ervaringen van zijn personages, die daardoor een ongekende intensiteit krijgen.
Ik ken geen schrijver die zo trefzeker alledaagse sensaties, in al hun vaak verwarrende gelaagdheid, helder kan krijgen, zodat ook de lezer zijn eigen werkelijkheid anders gaat beleven. Dat vermogen om ons bewustzijn te intensiveren heeft Hollinghurst gemeen met zijn literaire voorbeeld Henry James. Maar zijn proza is vrij van de zwelgende omslachtigheid van zijn voorganger. Hij is nooit precieus. Daarbij beschikt hij over een groot komisch talent.
Zijn nieuwe grote roman, Onze avonden, kun je lezen als een virtuoze variatie op eerder werk. Opnieuw neemt Hollinghurst Engeland onder de loep vanuit het perspectief van de buitenstaander, maar dit keer is dat buitenstaanderschap drievoudig: Dave Win is afkomstig uit de lagere middenklasse, homoseksueel en van kleur.
Hij groeit op het Engelse platteland, met zijn witte moeder. Zijn vader, die zijn moeder in Birma ontmoette (het latere Myanmar), is voor hem slechts een foto in een lijstje, omgeven door raadsels. De zoon is wat je tegenwoordig een klassenmigrant zou noemen. De roman begint met het door sociale spanning omgeven bezoek van Dave aan het rijke echtpaar Mark en Cara Hadlow, wier stichting hem in staat heeft gesteld op kostschool te gaan, dezelfde als hun door-en-door geprivilegieerde zoon Giles.
Deze Giles is een sadistische treiteraar. Gaandeweg ontpopt hij zich in de roman als symbool voor het rottingsproces waaraan het traditionele Engeland onderhevig is – van een overambitieuze conservatieve politicus groeit hij uit tot een van de cynische boegbeelden van de Brexit.
De jonge Dave kiest een radicaal ander parcours: nadat hij tijdens een examen in Oxford op de vlucht is geslagen, wordt hij acteur. We volgen hem door de jaren zestig en zeventig, de jaren van emancipatie en experiment. Het verbeten traditionele Engeland lijkt langzaam maar zeker ruimte te bieden voor mannen als Dave Win. Ook zijn alleenstaande moeder vindt haar geluk in een relatie met een vrouw, haar compagnon in haar kledingatelier. Als acteur verwerft Dave aanzien en ontsnapt deels aan stereotiepe rollen.
Deels – een van de sterke punten van Onze avonden is de bijna achteloze manier waarop Hollinghurst laat zien hoe uitsluiting in het leven van alledag op zijn personages inwerkt: van een verkeerde opmerking tot achteloos racisme. De jonge Dave lijkt de diepgewortelde vooroordelen in zijn omgeving te accepteren als een fact of life, als iets dat gegeven is. Later wordt hij zich er, in overeenstemming met de veranderende tijdgeest, meer bewust van, maar zelfs dan lijkt hij het ontmaskerde racisme niet te zien als iets dat hem diep in zijn ziel kan raken. Mooi ironisch is zijn conversatie met zijn zwarte geliefde wanneer ze met een smoes uit een hotel aan de Engelse kust geweerd worden: ging het om hun kleur of hun geaardheid?
Hollinghurst laat haast achteloos zien hoe hardnekkig onbewust racisme doorwoekert in zelfs de meest verlichte kringen – zoals in de scène waarin een bekende actrice in een nazit van de Royal Shakespeare Company haar jas afgeeft aan diezelfde geliefde naast hem, zelf een talentvolle acteur. Dave kiest ervoor zich niet vast te bijten in zulke ontluisterende ervaringen, maar is zich terdege bewust van hoe zijn leven, zoals hij eerder zegt, zich voltrekt in een chaotische mengeling van „privilege en vooroordeel”.
Verstrijken van de tijd
Zo verteld kan het lijken of Hollinghurst expliciet sociale thema’s aansnijdt in Onze avonden, maar hij doet eerder het tegenovergestelde: hij bedt zulke pijnlijke ervaringen stevig in het dagelijkse sociale leven van zijn personages in. Het grote thema van de latere Hollinghurst, die inmiddels ook alweer 70 is, is het ongemerkt verstrijken van de tijd, de manier waarop onze levens onherroepelijk verkruimelen in vergankelijkheid. Onze avonden is, net als Kind van een vreemde (2011) en het wat minder geslaagde De Sparsholt affaire (2017), opgebouwd in lange scènes, die zich vrijwel altijd afspelen tijdens een sociaal evenement – een logeerpartij, een première, een lezing, een literair festival. Die scènes worden stuk voor stuk door Hollinghurst trefzeker tot in de kleinste details uitgediept.
Dat gaat zeker ten koste van de spanning van het verhaal, maar spanning of plot is ook niet waar deze schrijver op uit is – het overkoepelende thema van ook deze roman is hoe gretig en vitaal we ons op het hier en nu storten, terwijl op de achtergrond de tijd en de geschiedenis onze levens ongemerkt aansturen.
Hollinghurst ziet die blindheid voor de grote krachten in ons leven als een onwrikbaar menselijk trekje. Bovendien, en dat komt in deze roman meer naar voren dan ooit, schuilt de betekenis van ons leven vooral in die vluchtige herinneringen aan alledaagse details, een gebaar, een streling, een lichtval, een ogenschijnlijk onbeduidend woord.
Het ware verhaal van de onzichtbare vader van Dave blijkt uiteindelijk allesbehalve spectaculair. Dat kun je ook van zijn eigen leven zeggen, geen van zijn acteerprestaties of liefdesgeschiedenissen zijn opzienbarend. Maar dat zijn onze eigen levens meestal ook niet, het is het zich almaar verdikkende weefsel van herinneringen en intense emoties die het verhaal van ons leven vormen. De titel van de roman, die naar een muziekstuk van de Tsjechische componist Leoš Janáček verwijst, gaat dan ook over de avonden van huiselijk samenzijn tussen geliefden, onbeduidend voor de buitenwereld, maar tegelijk vol van intieme betekenis. Voor Dave Win heeft het nog een andere betekenis: hij staat het merendeel van zijn avonden op de planken, een roeping die voor hem essentieel is, maar volkomen marginaal in de wereld van types als Giles Hadlow.
Maar in die buitenwereld, in het hedendaagse Engeland, heersen de bullies als Giles. De kwetsbaarheid van het jongetje Dave Win laat zich zijn leven lang niet afschudden. Over het onverwachte einde van Onze avonden, dat zich voltrekt in de dagen van de recente pandemie en aankomt als een mokerslag, hangt dan ook een zweem van tragische onvermijdelijkheid.
Met Onze avonden schreef Alan Hollinghurst een roman die, zeker in het eerste deel, overgave en geduld eist. Maar dat betaalt zich ruimschoots terug: deze lezer loopt er al dagenlang mee rond in zijn hoofd.
Alan Hollinghurst (1954) is de auteur van zeven romans, waaronder De zwembadbibliotheek (winnaar Somerset Maugham Award), De schoonheidslijn (winnaar Booker Prize), Kind van een vreemde (longlist Booker Prize) en De Sparsholt-affaire. Hij woont in Londen.
‘Onze avonden is een ronduit verbazingwekkende roman, zowel subtiel als meedogenloos, en gedurfd in de wijze waarop kwesties als ras, klassenverschil, seksualiteit en sociale afkomst worden beschreven tegen de chique achtergrond van Londen en de omringende graafschappen. Het is het verhaal van een land dat drastische veranderingen doormaakt, zonder dat de inwoners zich daarvan bewust zijn. De roman beweegt zich zo mooi en gracieus door de tijd dat ik aan het einde een diep gevoel van verlies ervoer.’
Tash Aw
ISBN | 9789044657425 |
---|---|
Aantal pagina's | 480 |
Datum van verschijning | 20241010 |
NRC Recensie | 5 |
Breedte | 153 mm |
Hoogte | 231 mm |
Dikte | 37 mm |