Vlaamse beweging, sociale beweging. Het klinkt als een slogan. Een slogan die de Vlaamse beweging op verschillende momenten van haar geschiedenis met zich meedroeg. Maar was de Vlaamse beweging wel ooit een sociale beweging? En in welke mate verbonden sociale, volkse organisaties zich in Vlaanderen met de taalbeweging?
Het was overigens niet één sociale beweging waarmee de Vlaamse beweging zich te verbinden had. Tegenover de bourgeoisie waren er de kleine middenstand en ambachtslui, de boeren op het platteland, de fabrieksarbeiders.
Lode Wils onderzoekt hoe Vlaamse beweging, progressief liberalisme, sociaaldemocratie en christendemocratie zich tot elkaar verhielden. In welke mate spanden de democratische strekkingen zich in het noorden van België in voor taaleisen op de werkvloer, in het leger, de administratie en het onderwijs?
Van 1830 tot 1970, van bij de vorming van het koninkrijk België tot de eerste staatshervorming, brengt Lode Wils in kaart in welke mate de Vlaamse beweging een massabeweging was, al dan niet gedragen door een brede meerderheid van Nederlandstaligen in België.