Dit is een fantastische vertelling hoe mens en natuur kunnen samenwerken bij het beheer van de Aarde. In dit geval gaat het om water. Het verhaal speelt zich af rondom een klein gebiedje met een droge wadi, die bij stortregens in een woeste stroom kan veranderen.
Dat is de uiterlijke kant van het verhaal.
Waar het de samenwerkende mensen in deze fictie om gaat is dat de natuur zelf ook een stem in het kapittel krijgt. Wereldwijd gebeurt dat al hier en daar, maar de belangen van de natuur worden daar door mensen behartigd.
Men noemt het een “Parlement der dingen”.
Daar zit ‘m de crux: als je echt met de natuur praat communiceer je niet met dingen maar met een veelkleurige bevolking van bewustzijnen. Natuurwezens worden die wel genoemd.
Daar weten natuurvolken en bij ons de bestudeerders van de antroposofie alles van.