Martine Bijl hanteert de pen al jaren: teksten voor haar theatersolo’s, liedjes, vertalingen van musicals, columns in Zin, sprookjes en teksten voor Heel Holland Bakt. In Hindergroen schrijft ze over haar leven, over haar vader, die huisarts was in Amsterdam-West, over het verslavende van tuinieren, over haar hekel aan onbegrijpelijk design, over haar liefde voor taal en over haar moeder, het doktersvrouwtje dat niet van haar achterwerk sprak maar over haar bilquadranten.
Hindergroen geeft in 40 hoofdstukken een beeld van de wereld van Martine Bijl, in de elegante, lichtironische en trefzekere stijl die u van haar kent. In de in- en uitleiding schrijft ze over het langzame proces van haar herstel na een hersenbloeding, een onverwachte explosie van hindergroen.