In De perfectie van de techniek (geschreven in 1939, uitgegeven in 1946) uit de Duitse dichter en denker Friedrich Jünger fundamentele kritiek op de wijze waarop de moderne mens in de ban is van techniek. Dit cultuurkritische werk over de ‘hedendaagse roofbouw op mens en natuur’ mag met recht visionair genoemd worden. Het getuigt van een ‘verbijsterend vooruitziende blik op het moderne ecologiedebat’, aldus Andreas Geyer in zijn nawoord.
Jüngers analyse van de voortrazende automatisering van de werkelijkheid en de weerslag daarvan op het leven en werken van de mens, is ook voor ons van belang. Het bijzondere ervan is dat zijn techniekfilosofie zich aan geen enkele ideologie (communisme, fascisme of liberaal kapitalisme) gebonden weet.
‘De perfectie van de techniek’ verdient het vandaag de dag gelezen en herlezen te worden. Dit is de eerste uitgave in de samenwerking tussen Ten Have en De Nieuwe Wereld.
Uit het Ten geleide van Ad Verbrugge:
‘Hoewel de computertechnologie pas decennia later tot bloei zou komen, biedt Jünger ons wel degelijk perspectieven en begrippen waarmee het innerlijke karakter daarvan beter begrepen kan worden. Dat maakt dit boek uiterst actueel.’
