Special agent Atlee Pine is gestationeerd in het westelijk deel van de Verenigde Staten, waar de bevolking op zichzelf is, de overheid gewantrouwd wordt en de natuur geen genade kent. Op vijfjarige leeftijd werd haar tweelingzusje ontvoerd door een seriemoordenaar en vanaf het moment dat ze oud genoeg was om bij de FBI te gaan, heeft Atlee haar leven gewijd aan het opsporen van degenen die anderen kwaad willen doen. En ze is goed. Heel goed. Ze zou een van de beste profilers van de FBI kunnen zijn, als ze niet de voorkeur gaf aan het bestrijden van criminaliteit in de outback van Amerika boven carrière maken in de slangenkuil van Washington D.C. Een eenzaam bestaan, maar daar heeft ze vrede mee.
Wanneer het verminkte karkas van een muilezel wordt gevonden in de Grand Canyon wordt Atlees hulp ingeroepen. De berijder wordt vermist en hij blijkt niet de enige persoon te zijn die recentelijk is verdwenen. Atlee komt tegenover een gruwelijk monster te staan, maar moet ook de confrontatie aan met een nachtmerrie uit haar verleden.