‘Toen ik jou zag’ is het eerste deel van de Hillie-trilogie van Mary Schoon, die het leven volgt van Hillie Hop aan het einde van de negentiende eeuw. Annechien verliest op jonge leeftijd haar familie aan de typhus en wordt in huis genomen door de dokter, die haar opleidt tot vroedvrouw. Jaren later trouwt ze met boer Wolter Koops, en samen krijgen ze dochtertje Hillie. Wat ze niet weet, is dat Wolter ooit een portefeuille heeft gevonden met 600 gulden, waarmee hij hun boerderij heeft gekocht. Als Wolter erachter komt dat het geld eigenlijk van zijn buurman Gerrit was, neemt hij zich voor alles terug te betalen zodra hij dat kan. Voor het geval hij overlijdt, schrijft hij een brief aan Annechien en Hillie met zijn laatste wens.
Maar als Wolter sterft, wordt de brief niet gevonden. Op een dag komt de zoon van Gerrit verhaal halen bij Hillie, die ook vroedvrouw is geworden en de eindjes aan elkaar moet knopen. Gelukkig krijgt ze hulp uit onverwachte hoek.