Tussentijds

Peter Zantingh
20,99
Op voorraad
SKU
9789493248458
Besproken in NRC
Bindwijze: Paperback
Levertijd 1-2 werkdagen Verzendkosten € 2,95
  • Gratis verzending vanaf €50,-
  • Veilige en makkelijke betaalopties
  • Aangesloten bij Thuiswinkel Waarborg
  • Makkelijk bestellen ook zonder account
Afbeelding vergroten
Productomschrijving
Een jonge vader gaat met de trein naar zijn vrouw, die voor haar werk in Zuid-Duitsland is. De reis gaat door gebied dat een week eerder door overstromingen geteisterd werd – in een zomer vol rampen, in een jaar van nieuwe records.

Hoe moet dat met het jongetje dat naast hem zit? Het is pas zijn derde julimaand. Welke belofte doen ouders hun kind door het een leven te geven? Heeft het bestaansrecht, of het recht niet te bestaan? Bij elk station lijkt een ander toekomstscenario de overhand te krijgen.

Tussentijds is een ingenieus geconstrueerde roman over hét vraagstuk van deze tijd, over wat kan komen en wat had kunnen zijn, over angst en hoop. In trefzekere taal maakt Peter Zantingh een abstract thema tot een intiem en menselijk verhaal.

Tussentijds is de vierde roman van Peter Zantingh (1983), die naast het schrijverschap werkzaam is bij de weekendkrant van NRC. Zijn vorige roman, Na Mattias, werd getipt door het DWDD-boekenpanel en groeide uit tot een bescheiden bestseller in Duitsland.

Meer informatie
Auteur(s)Peter Zantingh
ISBN9789493248458
BindwijzePaperback
Publicatie datum20220920
NRC Recensie4 ballen
Breedte124 mm
Hoogte199 mm
Dikte17 mm
NRC boeken recensie

‘Het wordt makkelijker om in de toekomst te geloven als je die elke ochtend uit bed haalt’, stelt Robin, een jonge vader. Mats heet zijn zoontje. Ze zitten samen in de trein en Robin slaat hem liefdevol gade: ‘[Mats] merkt [...] met glunderende verbazing het croissantpuntje in zijn linkerhand op. Een jongetje van twee kan een stukje brood in zijn eigen knuist vinden als een volwassene een briefje van vijf in een oude spijkerbroek.’ Tussentijds van Peter Zantingh (1983), die naast het schrijven van inmiddels vier romans ook bij deze krant werkt, staat vol kleine treffende observaties. De vader wil in de smiezen houden hoe zijn kind met de dag, met het uur, verandert, alles onthouden. Dat lukt niet: ‘Het ís al niet meer. [...] Weg, hij is al weg. Uit de dagen geschud.’ Een ‘nieuwere versie’ zit op zijn schoot, de groei is niet bij te benen.

Het bestaan van toeval

Tussentijds gaat over stilstand en verandering, over angst voor de toekomst en over de grip die de individuele mens maar in zeer beperkte mate heeft op zijn leven. Althans, zo ervaart hoofdpersoon Robin dat. Zijn vrouw Tess, een illustrator, denkt er anders over. Zij ontwaart patronen van oorzaak en gevolg: ‘Ze ontkent het bestaan van toeval niet, maar wil er graag bij opmerken dat het net zo goed kan dat een logisch verband er wel ís, maar simpelweg buiten de menselijke waarneming blijft.’ In haar tekeningen zie je dat terug: ze tekent situaties waarbij iemand bijvoorbeeld een ballon loslaat, waarna de ballon op dezelfde pagina voort zweeft op de wind en door iemand anders weer gevangen wordt (de beschrijvingen doen denken aan werk van Charlotte Dematons).

In Tussentijds versterkt de vorm voorbeeldig, maar ook verrassend, de inhoud en vice versa. Zantingh zet de loop der dingen op losse schroeven, in het leven van zijn hoofdpersonen, maar ook bij de lezer. Die neemt aan dat wat je voorgeschoteld krijgt in het eerste hoofdstuk, gegevenheden zijn: man, kind, trein, vrouw. Maar in hoofdstuk twee zet de man doodgemoedereerd zijn rugzak op schoot, alsof die plek nog niet bezet was door een peuter. ‘Ik heb alles’, staat er evenwel. Het valt je niet eens meteen op, maar als hij verderop in het boek zonder gestoord te worden medepassagiers bijstaat met het tillen van hun bagage, dan wel zich vrijelijk door de trein verplaatst, krijg je een onbehaaglijk gevoel. Waar is het kind gebleven?

Zantingh speelt met verschillende uitkomsten van een gegeven situatie, en dus met de lezersverwachting. Zoiets draagt een risico in zich, namelijk om een roman te worden als een gedachtenexperimentje, een verhaal dat op afstand blijft, dat niet echt een verhaal wil worden. Maar dat ondervangt Zantingh knap. Hij zorgt voor urgentie in de verhaallijn: hoe dan ook moet de man de vrouw, op reis voor haar werk, inhalen, achterhalen. Als het tenminste nog niet te laat is om haar terug te vinden. Hij heeft in haar nieuwe prentenboek, bezorgd met de post, iets ontdekt over zichzelf en haar wat hij nog niet wist. Er staat veel op het spel.

Vervlochten door de ingenieuze constructie zit (een deel van) het levensverhaal van het stel dat op tenminste een punt wel iets te zeggen heeft over hun eigen leven: ze kunnen kiezen voor het krijgen van een kind. Of niet. Of niet helemaal, of helemaal niet? Zo’n zwangerschap moet nog wel tot stand komen. Als er gewenst een kind komt, voelt dat als de enige mogelijke uitkomst van wat eraan voorafging, maar, zoals Zantingh schrijft en aantoont: ‘het had moeiteloos niet kunnen gebeuren’.

Klimaatverandering

Tussentijds is geslaagd als portret van hoe uiteenlopend mensen in het leven kunnen staan. Het is van alle tijden, tegelijkertijd is het actueel. Zeker nu de klimaatverandering doorzet, staat de vraag of je wel kinderen moet krijgen wanneer je de keuze hebt, op scherp: ‘We hadden de feiten. De data, de rapporten, de percentages, de kansberekeningen. [...] er was geen houden meer aan. [...] Elk jaar was het warmste jaar ooit.’ Je weet nooit wat je iemand aandoet wanneer je hem de wereld in slingert, maar nu is het de vraag of er nog wel een wereld over is, wanneer hij groot wordt. Tegelijkertijd toont Zantingh aan dat alle grip ooit ervaren maar betrekkelijk is: de vader van de hoofdpersoon heeft Alzheimer en raakt steeds verder uitgegumd.

Zantingh zet zaken op scherp zonder zwartgallig te worden: Tussentijds is, vooral dankzij de vorm, een sprankelende roman. Het einde ontroert, op een onvoorziene manier, die echter, als je het boek herleest (iets wat je meteen wilt), heel goed voorgekookt blijkt te zijn.

Back to top