Een menselijk lichaam bestaat voor zestig procent uit water, maar dat wil niet zeggen dat het vanzelf blijft drijven. Zolang er nog lucht in de longen zit drijft het, om daarna langzaam naar de bodem te zinken. Als het water zo warm is dat de bacteriën zich kunnen voeden en vermenigvuldigen, vormen zich gassen in de ingewanden, waardoor het lichaam op een gegeven moment weer boven water komt. Zo kunnen de doden letterlijk herrijzen...
De sympathieke forensisch antropoloog David Hunter wordt bij een waterlijk geroepen, dat in het brakke kustgebied van Essex in Engeland is aangetroffen. De zaak ligt gevoelig, met zwijgzame lieden, genadeloze getijden en verdwenen mensen. Al snel raakt Hunter verstrikt in een raadselachtige puzzel, waarbij hij gevaarlijk nauw betrokken raakt bij een beschadigd gezin.
‘Verontrustend, spannend en onderhoudend.’ CRIMESQUAD
‘Het forensisch onderzoek is ijzingwekkend authentiek, het schrijven is zowel strak als sfeervol.’ Anne Cleeves