Ciska is anders. Als kind begrijpt ze al niet waarom overal zo geheimzinnig over gedaan wordt: haar overleden broertje, het drinken van haar vader. Trouwens, hoe hoort alles eigenlijk, waarom schamen mensen zich voor het ene en vinden ze het andere doodgewoon? Meisjesgedoe vindt ze maar niets. Geef haar maar auto's en motors. Dat zijn pas prachtige dingen. De geur en het geluid van bijna elk merk kan ze uit de verte herkennen.
Ciska is anders. Ook als ze, dankzij haar eerste vrouw, vanuit haar ouderwetse tuindersmilieu tussen feestende stedelingen terechtkomt die hun eigen vrijzinnigheid allemaal even geweldig vinden, betekent dat geen verlossing voor haar. Harmonie vindt ze uiteindelijk wel met een nieuwe vrouw en twee zoons. Maar iets is nog niet af. Haar verleden blijft achter haar aan racen. Dat denkt ze alleen op te kunnen lossen met de diefstal van een vooroorlogse Bugatti - een diefstal die geen diefstal is.
Het is bijzonder om Ciska te leren kennen: soms hilarisch, bijna altijd ontroerend.