Elena weet
De roman Elena weet, van de Argentijnse veelschrijver – thrillers, toneel, romans, journalistiek – Claudia Piñeiro (1960) werd in Nederland al in 2010 uitgegeven door uitgeverij Signatuur onder de titel Het kwaad van Elena. Dat er nu een heruitgave is – Meridiaan heeft de oorspronkelijke vertaling van Mariolein Sabarte Belacortu overgenomen – is te danken aan het feit dat de roman dit jaar werd genomineerd voor de International Booker Prize. Die ging, even voor de volledigheid, niet naar Piñeiro maar naar de Indiase Geetanjali Shree voor het (nog niet naar het Nederlands vertaalde) Tomb of Sand.
Piñeiro’s grootse kleine roman bemachtigde echter niet ten onrechte een plaats op de shortlist. Het is een spannend verhaal, bijna een detective, met een zeldzame heldin; de drieënzestigjarige Elena, tamelijk verbitterd, die aan een agressieve vorm van Parkinson lijdt. Vergis je niet, hier geen zoveelste variant op De honderdjarige man die uit het raam klom en verdween (deze roman verscheen overigens in oorspronkelijke versie eerder dan de vederlichte bestseller van Jonas Jonassen); Elena weet is duisterder, grimmiger ook. Naast detective een onvergetelijk onderzoek naar moederschap, spijt, soorten liefde.
Elena’s dochter heeft zelfmoord gepleegd. Althans, dat is wat de politie meent. Elena zelf weet het niet zo zeker: de omstandigheden van de zelfmoord zijn haar te vreemd. Ze wil op onderzoek uit, maar wordt gedwarsboomd door haar lichaam dat niet meer werkt. Haar enige kans tot (moeizaam) bewegen ligt in de tijd dat haar medicijnen werken. Prachtig opent de roman met het wachten tot een been de hersens gehoorzaamt: ‘Zij denkt, maar al geven haar hersenen opdracht tot beweging, haar rechtervoet beweegt niet. Hij gaat niet voorwaarts door de lucht. Hij gaat niet omhoog. Hij gaat niet weer naar beneden. Hij komt niet in beweging, niet omhoog, niet voorwaarts en niet omlaag.’ Piñeiro zet herhaling in om het ongeloof te benadrukken; hoe kan het toch, een lichaam dat tot voor kort samenviel met de bewoonster ervan, nu zo ongehoorzaam, dwars? Elena wacht, moet een trein halen, heeft haast, is gevangen in haar lijf, dwaalt af naar herinneringen aan een vakantie met haar dochter, Rita. Ruzie, alleen maar ruzie, hun band was er een van onderlinge kift en afkeuring. Ze waren snoeihard tegen elkaar – later in de roman blijkt dat Elena haar inwonende dochter gedwongen heeft tot een pijnlijk onderzoek omdat haar menstruaties licht zijn, en ze dus misschien wel mislukt is als vruchtbare vrouw, en op haar beurt laat Rita het niet na om als haar moeder aftakelt alle afstotelijke kanten ervan te benadrukken. ‘Elke ochtend als Elena wakker wordt’, schrijft Piñeiro, ‘herinnert ze zich weer, elke dag opnieuw, wat haar te wachten staat.’
Wonderlijk, denk je: waarom dan toch die enorme opgave aangaan, helemaal opstaan uit een stoel, naar een station lopen om een trein te nemen, in een daaropvolgende taxi wachten tot je volgende pil werkt, krom als een vraagteken omdat je zo aangedaan bent door de ziekte dat je niet meer omhoog kunt kijken, alleen onderlijven kunt zien?
Omdat, is het (versimpelde) antwoord, Elena vindt dat ze ook zonder kind nog steeds een moeder is. Omdat er een raadsel opgelost moet worden, en daar is een gezonder lichaam voor nodig – Elena wil opstaan omdat ze maar één lichaam kent dat zo bij haar in het krijt staat dat het wel zal moeten helpen. Het behoort toe aan een zekere Isabel, en Isabel woont diep in Buenos Aires.
Door terugblikken en uit de blikken van anderen leert de lezer hoe ernstig het eigenlijk met Elena gesteld is. Rita die haar moeder opgeeft voor een nieronderzoek: ‘misschien stink je dan niet meer zo naar pis, ma’. Een kind dat op het perron zegt: ‘wat heeft die mevrouw, mama?’ Het onvermogen oogcontact te maken, het kwijlen in een zakdoek. Zo fijnzinnig beschreven, met almaar die herhalingen om het trage van Elena’s bestaan te onderstrepen, haar gedachtes die niet anders meer kunnen gaan dan in cirkels. Maar een martelares is Elena allerminst, ook in betere doen lijkt ze een bittere vrouw te zijn geweest, vol conservatieve meningen, hardvochtig naar haar naasten. Wat de potentiële ontmoeting met die mysterieuze Isabel geladen maakt; want staat die vrouw wel bij Elena in het krijt, of vindt Elena dat alleen maar? Waar is ze eigenlijk naar op zoek? Misschien naar het enige – een heldendaad, een wandaad – dat moeder en dochter, even ontvlambaar en daardoor onverenigbaar, ooit verbond.
ISBN | 9789493169890 |
---|---|
Aantal pagina's | 152 |
Datum van verschijning | 20220823 |
NRC Recensie | 4 |
Breedte | 141 mm |
Hoogte | 215 mm |
Dikte | 15 mm |
Je bent al ingeschreven met dit
e-mailadres