Toneelschrijven is een kunst die zich lastig laat vangen. Als je moet schrijven voor een improviserend gezelschap dat locatietheater maakt, heb je een heel andere benadering en methode nodig dan wanneer je een opdracht krijgt voor een schoolvoorstelling.
Zoveel schrijvers, zoveel zinnen. Hoe begin je? Hoe bouw je een goede scène op? Wat vertelt een dialoog wel en niet? Hoeveel moet je weten over je personages? En: hoe groot is de invloed van de regisseur?
Journalist, schrijver en schrijfdocent Willy Hilverda ging in gesprek met dertien theaterschrijvers over hun schrijfmethode, werkwijze en techniek. Van de stevige structuur van Ger Beukenkamp tot het plotloze montagetheater van Gerardjan Rijnders. Van het ?schrijven via de band? van Jan Veldman tot het werken vanuit improvisatie van Moniek Merkx.
Naast de weergegeven gesprekken, die de afgelopen jaren in Schrijven Magazine werden gepubliceerd, zijn in dit boek ook tips en handige lijstjes voor toneelschrijvers opgenomen.