Mexico, 1925. De achttienjarige Frida Kahlo wil dokter worden, maar een noodlottig ongeval maakt aan die droom een einde. Ze vecht zich terug het leven in, wordt verliefd op de grote kunstenaar Diego Rivera en ontdekt aan zijn zijde de kunstwereld. Diego moedigt Frida aan om haar talenten te ontwikkelen. Als hij haar bedriegt treft haar dat weliswaar diep, maar wetende dat geluk maar tijdelijk is, stort ze zich vol overgave in het leven.
De Parijse surrealisten liggen aan haar voeten, net als Picasso en Trotski. Ze boekt successen met haar werk, maar moet ook pijnlijke miskramen te boven komen. Frida gaat haar eigen weg, zelfs wanneer ze voor een beslissing komt te staan die alles waarin ze tot dat moment heeft geloofd aan het wankelen brengt.
‘EEN LIEFDESVERKLARING AAN DE KUNST, AAN VROUWELIJKHEID, AAN DE VRIJHEID EN DE MOED DIE ELKE DAG OPNIEUW TE BEVECHTEN. EEN EVEN TEDER EN LIEFDEVOL ALS KRACHTIG VERHAAL.’
– Nina George, auteur van De boekenapotheek aan de Seine