Laurens rent het balkon op. Opnieuw ziet hij een bom uit het vliegtuig vallen. Er klinkt een explosie. Grote vlammen schieten omhoog. De dieren in het park gaan tekeer. Er volgen nog een paar ontploffingen, maar daarna sterft het geluid van bommenwerpers weg.
Voetstappen komen naar zijn kamer. ‘Laurens, waar ben je? Snel! Ga van dat balkon af. Straks word je nog geraakt.’
Laurens heeft tot nu toe weinig van de oorlog gemerkt. Maar dat wordt al snel anders als midden in de nacht bommen op de dierentuin van zijn vader worden gegooid. Maar dat is niet het enige … Laurens merkt dat er steeds vreemde dingen gebeuren in ARTIS. Wat is er aan de hand op de hooizolder van het wolvenhuis? Waarom lopen er midden in de nacht vreemde mannen door het park? Op een dag ontmoet hij Annie die hij graag rondleidt, maar waarom mag hij niet mee om haar naar huis te brengen? De spanning stijgt, in dit bijzondere boek over een Amsterdamse jongen in oorlogstijd.