“De wilde eend’ van Gerard Ouweneel is en deel in de Vogelserie: ‘. Van alle in Nederland voorkomende eenden is de wilde eend de bekendste en talrijkste. Zo bekend zelfs dat je bijna zou vergeten hoe mooi het mannetje is: zijn kop flonkerend groen met daaronder een gedistingeerd wit halsringetje. Zijn bovendelen bruingrijs, zijn onderdelen lichtgrijs, zijn staart wit met zwarte dekveren. En vergeet dat lefgozerige staartkrulletje niet, waaraan je ziet dat hij niet zomaar een eend is, maar een eend van de wereld. Letterlijk, want zijn verspreidingsgebied is groot. Mede dankzij de mens, die de wilde eend zelfs meenam naar Australië en Nieuw-Zeeland. En dat terwijl zijn oorspronkelijke broedgebied al het gehele noordelijk halfrond bestreek. Het moge duidelijk zijn: in dat enorme verspreidingsgebied voelt de wilde eend zich vrijwel overal thuis. Ook bij de keuze van zijn voedsel is hij niet kieskeurig: hij eet zaden, waterplanten, gewassen, ongewervelde waterdieren en soms zelfs amfibieën en visjes. Geen gewone eend dus, zoals Ouweneel, de nestor onder de Nederlandse vogelaars, laat zien in de monografie ‘De wilde eend’.